31293 |
snijbrander |
berner:
bɛjnǝr (P219p Jeuk),
brander:
branǝr (Q086p Eigenbilzen, ...
Q005p Zutendaal),
chalumeau:
šalimo (Q086p Eigenbilzen),
šalimō (P219p Jeuk),
coupeur:
kupø̜jǝr (K353p Tessenderlo),
kupø̜r (P219p Jeuk),
snijbrander:
snejbrandǝr (L289p Weert),
snibrandǝr (L271p Venlo),
snājbrandǝr (Q083p Bilzen),
snējbrãndǝr (L217p Meerlo),
snējbrāndǝr (L163p Ottersum),
snējbrānǝr (Q001p Zonhoven),
snē̜brandǝr (P047p Loksbergen),
snęjbrandǝr (P176b Bevingen, ...
Q095p Maastricht),
snęjbrãndǝr (L159a Middelaar),
snęjbrāndǝr (L216a Oostrum),
snɛjbrandǝr (L213p Well),
snɛjbrãndǝr (L165p Heijen, ...
L192a Siebengewald),
šnībrandǝr (L291p Helden, ...
L290p Panningen,
Q099q Rothem),
snijbrender:
snibrɛnjǝr (L382p Montfort, ...
L321p Neeritter),
snībrɛndǝr (Q018p Geulle),
šnibrɛnjǝr (L330p Herten, ...
L331p Swalmen),
šnijbrɛnjǝr (L299p Reuver, ...
L329p Roermond),
snijbrenner:
šnibrɛnǝr (Q121p Kerkrade, ...
Q116p Simpelveld),
šnijbrɛnǝr (Q113p Heerlen, ...
Q111p Klimmen,
Q121b Spekholzerheide)
|
Lasbrander waarbij een tweede mondstuk is aangebracht waaruit zuurstof stroomt. Op deze wijze wordt een snelle verbranding verkregen van het materiaal dat door de vlam wordt bestreken. De snijbrander kan alleen worden toegepast bij het snijden van ijzer en staal en - met speciale voorzieningen - ook wel bij gietijzer. Zie ook afb. 44. [N 33, 317; monogr.]
II-11
|