30955 |
splitten |
schalmen:
schalmen (K278p Lommel),
sxalmǝ (L267p Maasbree),
šalmǝ (Q083p Bilzen),
šalmǝn (L421p Dilsen),
schiften:
šeftǝ (Q121c Bleijerheide),
schuins schalmen:
šājns šalmǝ (Q083p Bilzen),
splijten:
šplītǝ (Q112a Heerlerheide, ...
Q253p Montzen),
splitten:
splę̄tǝ (L163a Milsbeek, ...
L293p Roggel)
|
Het van elkaar snijden van het nerfleer en het splitleer, oftewel het scheiden van de nerf en de croûte. Ook als men een geleidelijk toelopende rand wil hebben, zoals van contrefort en omloper, split of schift men het leer (Liedmeier, pag. 23). [N 60, 50a]
II-10
|