e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
steigerketting bindketting: benjtketeŋ (Herten), kettel: kętǝl (Rijckholt  [(meervoud: kętǝlǝ)]  ), ketting: kęteŋ (Uikhoven), kɛteŋ (Sittard), klemketting: klɛmkɛteŋ (Klimmen), schnalle-ketting: šnalkęteŋ (Houthem, ... ), steigerketten: štījǝrkɛtǝ (Bleijerheide, ... ), steigerketting: [steiger]ke ̞teŋ (Ell), [steiger]keteŋ (Meijel, ... ), [steiger]kęteŋ (Eys, ... ), [steiger]kɛteŋ (Heerlen, ... ), steigerketting met klauw: štīgǝrkęteŋ męt klǫw (Waubach), stellingketting: stęleŋkø̜teŋ (Bree), stęleŋkęteŋ (Beek, ... ), stellingskettel: štɛleŋskɛtǝl (Rothem), verbindingsketting: vǝrbendeŋskɛteŋ (Tessenderlo), verbindstuk: vǝrbęjŋstø̜k (Sint-Truiden) Ketting waarmee de verschillende delen van een houten steiger met elkaar worden verbonden. Aan het uiteinde van de steigerketting bevindt zich doorgaans schroefdraad die in combinatie met een hoefijzerachtige beugel en een moer de mogelijkheid biedt, de ketting strak rond het hout te spannen. Zie voor de fonetische documentatie van de woorddelen '(steiger)-' en '(stelling)-' het lemma 'Steiger'. [N 32, 2d; monogr.] II-9