33972 |
strenghaken |
beugels:
(enk)
bȳǝgǝl (Q113p Heerlen),
bø̄gǝl (L331b Boukoul, ...
L413p Helchteren,
L383p Melick,
L331p Swalmen),
haak van de kettingen:
haak van de kettingen (Q198b Oost-Maarland),
haak van de klinken:
haak van de klinken (Q198b Oost-Maarland),
haakbeugels:
hǭk˱bøgǝls (L314p Overpelt),
hachtstaven:
haxtǝstē̜(ǝ)f (L360p Bree),
haken:
haken (Q101p Valkenburg),
hø̄k (L282p Achel, ...
L318b Tungelroy),
hø̄ǝk (Q204a Mechelen),
hø̜̄k (Q071p Diepenbeek, ...
L370p Kessenich,
L265p Meijel,
L374p Thorn),
hø̜k (Q156p Borgloon),
hęi̯k (Q072p Beverst),
hīǝk (Q002p Hasselt),
hǭkǝ (L269p Blerick, ...
L373p Roosteren),
hǭǝkn (K359p Koersel),
ø̜k (L420p Rotem),
(enk)
hǭk (Q009p Maasmechelen, ...
Q095p Maastricht,
Q020p Sittard),
hechthaken:
hɛxhø̜̄k (Q009p Maasmechelen),
kettelstang:
kętǝlstaŋ (Q002b Kiewit),
kettingstangen:
kęteŋstaŋǝ (Q002p Hasselt),
klinghaak:
kleŋhāk (L371a Geistingen),
kleŋǝhǭk (L387p Posterholt),
klinkhaken:
kleŋkhø̜̄k (Q111p Klimmen, ...
Q097p Ulestraten),
kramp:
kramp (L332p Maasniel),
looshaken:
lȳshø̜̄k (Q111p Klimmen),
lussen:
lussen (L321p Neeritter),
reep:
reep (L321p Neeritter),
stangen met haken:
stangen met haken (L369p Kinrooi),
strengogen:
štręŋǫu̯gǝ (L331p Swalmen),
treiten:
trē̜tǝ (P044p Zelem),
trekhaken:
trękhø̜̄k (Q071p Diepenbeek),
trękhǭkǝ (Q004p Gelieren Bret),
(enk)
trękhǭk (L332p Maasniel)
|
Haken die de strengen met het haam of het borsttuig verbinden. Zie ook opmerking onder het lemma Strengbeugels. [N 13, 59b]
I-10
|