28701 |
stro of buntgras bijsteken |
bijdoen:
bijdoen (Q071p Diepenbeek),
de tuit vullen:
dǝ tūt vø̜lǝ (L318p Stramproy),
een buisje volhouden:
ǝn bø̄škǝ volhāwǝ (L265p Meijel),
insteken:
insteken (L294p Neer),
vulhouderen bijsteken:
vølhǭwǝrǝ bę̄stēkǝ (K353p Tessenderlo)
|
Na de tweede ronde moet men stro of buntgras bijsteken om de bundel op de gewenste dikte te krijgen. De vlechtring wordt hiertoe op enkele centimeters afstand van de laatste wikkeling geschoven (Brekelmans, pag. 24). Stro steekt men binnen in de strobundel tot in de vlechtring. Voordat men de laatste of verschillende laatste wikkelingen aantrekt, moet men het stro een halve slag draaien. Hierdoor worden de stropijpjes dichtgedraaid en krijgt men stevigheid in de bundel. Dit wringen is bij buntgras niet mogelijk. Het is stugger dan stro. Men kan de bundel buntgras tot in de laatste wikkeling bijsteken. [N 40, 132]
II-6
|