e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stroppen blindnaaien: bleŋknęjǝ (Maasbree), klieven: klieven (Lommel), op halve dikte naaien: op hǭf dektǝ niǝnǝ (Montzen), randnaaien: (men heeft) ranjtjgǝnɛjt (Roggel), splijten: šplītǝ (Heerlerheide), stoppen: štǫpǝ (Reuver), stroppen: strø̜pǝ (Stein, ... ), strępǝ (Bilzen), strǫpǝ (Dilsen, ... ), štrø̜jpǝ (Herten, ... ), štrø̜pǝ (Sint Odilienberg), toezetten: tuwzętǝ (Mechelen), verstoppen: vǝrštǫpǝ (Mechelen), vreten: vrē̜tǝ (Stein), zich stroppen: zix štrø̜pǝ (Bleijerheide), zwienaaien: zwinięjǝ (Geulle) Een andere (zie het lemma klieven) manier om een waterdichte naad te maken. Men steekt met een Engelse els gaatjes onder de nerf van het leer door en trekt dan de randen stijf tegen elkaar aan. Ook hierbij doet de steekspaan dienst. Men ziet dat het woord klieven, dat oorspronkelijk alleen op het splitsen geslagen zal hebben, het hele procédé aanduidt, ook daar waar van splitsen geen sprake meer is (Liedmeier, pag. 14). Zie afb. 32. [N 60, 59b] || Gezegd van een schaaf die niet vlot vooruitgaat door een ophoping van houtkrullen in het spouwgat, tussen de dekbeitel en het schaafblok of tussen de schaafbeitel en de keerbeitel. [N 53, 113a-c] II-10, II-12