19595 |
tabakspot |
snuifpot:
snuifpot (K314p Kwaadmechelen),
tabakspot:
tabakspot (K318p Beverlo, ...
L353p Eksel),
tabakspǫt (L163p Ottersum, ...
L270p Tegelen),
tebákspot (L245a Castenray, ...
L211p Leunen,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L212a Smakt,
L210p Venray,
L244a Veulen),
tybekspoͅt (L360p Bree),
təbakspoͅt (L316p Kaulille),
meestal aardewerk van hier.
tabakspot (L270p Tegelen),
toebakskroeg:
£ is niet omgespeld
to͂ͅbakskro͂ͅx (P055p Kermt),
toebakspot:
toebakspot (K314p Kwaadmechelen),
tou̯bakspoͅt (L372p Maaseik),
tōu̯bakspoͅt (L372p Maaseik),
tubakspoͅt (Q156p Borgloon, ...
Q002p Hasselt,
Q078p Wellen),
tubəkspoͅt (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
tøu̯wbakspoͅt (L360p Bree),
m.
tubakspoͅt (Q002p Hasselt),
m. mv. p#t\\
tubākspoͅt (P048p Halen),
om tabak te bewarn
tūbakspoͅt (L422p Lanklaar)
|
Aardewerken pot om tabak in te bewaren. [N 49, 115] || kruik, stenen ~; inventarisatie benamingen (gistkruik); betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || pot, stenen ~; inventarisatie benamingen voor grote ~~ voor bijv. zuurkool e.d., kleinere ~~ voor boter, eieren e.d. (pijppot, timperpot); betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || tabakspot
II-8, III-2-1
|