26749 |
turfbijl |
aks:
aks (L265p Meijel, ...
L266p Sevenum),
āks (L288a Ospel),
klotbijl:
klotbijl (L282p Achel),
peelaks:
pēlaks (L244b Griendtsveen),
risbijl:
resbē̜l (K358p Beringen),
resbęjǝl (K358p Beringen),
rusbijl:
røs˱bē̜l (K314p Kwaadmechelen),
rǫsbiǝl (K357p Paal),
turfbijl:
turfbijl (L360p Bree, ...
L372p Maaseik),
tørfbil (L286p Hamont, ...
L384p Herkenbosch),
tørfbē̜jl (L422p Lanklaar),
tørf˱bęjl (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
tørǝfbīl (L416p Opglabbeek),
tø̄rfbil (Q009p Maasmechelen),
tø̜rfbil (L163a Milsbeek, ...
L163p Ottersum),
tø̜rǝfbil (L289p Weert),
turfhak:
tø̜̄rfhǫk (K278p Lommel),
tø̜rfhak (L268p Velden),
tø̜rfhǫk (K278p Lommel),
tē̜rfhǫk (Q004p Gelieren Bret),
tē̜rǝfǫk (Q002p Hasselt),
turfmes:
tørǝfmęs (P044p Zelem)
|
Bijl waarmee men veenpuisten doorhakt. Ze wordt ook wel eens gebruikt om turven uit de turfgrond te slaan. Uit N 18, 45 zijn alleen die opgaven verwerkt die op het loshakken van turf of zoden slaan of op turf betrekking hebben. [I, 23; N 18, 45]
II-4
|