26695 |
turfsteken voor eigen gebruik |
boerenpeel:
bōrǝpīǝl (L288a Ospel),
būrǝpel (L244b Griendtsveen),
kluiten steken:
klūtǝ stē̜kǝ (L245p Meterik),
pelen:
piǝlǝ (L266p Sevenum),
steken voor eigen gerief:
stē̜kǝ vør ęjgǝn gęrif (L245p Meterik),
voor eigen berief steken:
vør ęgjǝ bǝrif stē̜kǝ (L210p Venray),
voor eigen brandstof steken:
vør ęjgǝ brantstof stē̜kǝ (L244b Griendtsveen),
voor eigen gerief steken:
vør ęjgǝ gǝrif stē̜kǝ (L265p Meijel),
vør ęjgǝ gǝrēf stē̜kǝ (L288a Ospel, ...
L266p Sevenum)
|
De boer of kleingebruiker steekt jaarlijks een hoeveelheid turf die hij nodig heeft voor de winter. Het steken voor eigen gebruik is de oudste manier van vervenen. [I, 12]
II-4
|