e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
uitroep bij knikkerspel al: Z. ook o. *bieal.  al (Zonhoven), bied: b.v. bie-span (ik verbied je een spanbreedte te nemen bie-hûûch (verboden je hand van de grond hoog te heffen, te houden bietik! verboden mijn knikker te raken (dit werd wel betwist! enz.  bie- (Zolder), bied-al: biejal (Bocholt), (Ik) (ge)bied al ?  biāl (Zonhoven), Deze hield in dat aan de tegenstander alles verboden was dat hem een betere positie zou kunnen verschaffen. Vero.  bee-aal (Gronsveld), Verkorting van (ik) (ver)bied al, met uitstoting van de d.  biea.l (Zonhoven), bied-dich-alles: = ich verbeej dich alles, uitroep van een speler waarmee hij voorkomt, dat een medespeler van mogelijke vrijheden bij het knikkerspel gebruik kan maken. Hij moet dit verbod echter uitspreken voordat de andere heeft geroepen geis alles.  bedegalles (Maastricht), bied-hoog: bie-hûûch (Zolder), Z. ook o. *bieal.  biehūūch (Zonhoven), Zie bieal.  bihy(3)̄ch (Zonhoven), bied-stoep: Z. ook o. *bieal, *stoepen.  biestoep (Zonhoven), Zie bieal.  bistúp (Zonhoven), bied-trits: bietrits (Zolder), Rem. bietrits: tweede lid staat i.v.m. tritsen met teerlingen spelen).  bietrits (Zonhoven), Zie bieal.  bitríts (Zonhoven), bied-trul: Z. ook o. *bieal.  bietru.l (Zonhoven), Zie bieal.  bitrøl (Zonhoven), bied-uit: Deze hield in dat de tegenstander zich niet mocht verplaatsen teneinde een betere positie in te gaan nemen. Vero.  bee-oét (Gronsveld), eens-vergeefs: Zie tuppes.  eisvergeis (Uikhoven), halt: Als de knikker uit je handen viel moest je snel holt vult zeggen;  holt (Hoeselt), ombie: ómbi (Tongeren), vooreuf: veureuf! (Sittard), De speler moet dan opnieuw aan de beginstreep ("euf") beginnen.  veureuf (Sittard) (Uitroep bij knikkerspel): Ik verbied je te spuwen (om mij te hinderen). || *Bieal: (Knikkerspel) Uitdr. waardoor de medespeler het terrein tussen de twee knikkers niet mag zuiver maken (geen eventueel hinderlijke voorwerpen mag verwijderen). || *Bieal: (Knikkerspel) Uitdr. waardoor de medespeler het terrein tussen de twee knikkers niet mag zuiver maken. || *Biehoog: (Knikkerspel) Verbod met de hand omhoog te komen. || *Biestoep: (Knikkerspel) Verbod vooruit te komen met de hand waarmee men schiet. || *Biestoep: *Biehoog: (Knikkerspel) Verboden vooruit te komen met de hand waarmee men schiet. || *Bietrits: (Knikkerspel) Verbod oneerlijk te spelen. || *Bietrits: (Knikkerspel) Verboden te foetelen. || *Bietrul: (Knikkerspel) Verbod de knikker te laten rollen (trullen). || *Bietrul: (Knikkerspel) Verboden de knikker te trullen. || Al2: *3. (Knikkerspel) Uitroep van speler die hem toelaat eventueel hinderlijke voorwerpen tussen de twee knikkers weg te nemen. || Eens vergeefs": Dit moest de speler zeggen, als hij bij het knikkeren aan de beurt was, om niet uitgesloten te worden, zo hij een of andere fout maakte tegen de spelregels. || Eerste lid in de verbodsformule bij het knikkerspel, samengetrokken uit: ik verbied je te ... || Halt, term bij knikkerspel. || Term uit knikkerspel. || Uitroep bij het knikkeren als de knikker (sjeitmeisj) of ööf in het potje terecht komt, en de speler daarom opnieuw aan de beginstreep (ööf) moet beginnen. || Uitroep bij het knikkeren als de schietknikker in het potje terecht komt. || Uitroep die vooral in het knikkerspel gebruikt werd als bevel of verbod naar de meet te gaan; ook uitroep om iets te gebieden of verbieden. || Uitroep tijdens het knikkeren. || Verbodsformule bij het knikkerspel: ik verbied je hoog (met de hand van de grond) te knikkeren. || z. toel. III-3-2