| 29982 |
valsteiger |
onderste stelling:
onǝstǝ stęleŋ (K353p Tessenderlo),
oŋǝrstǝ stɛleŋ (L364p Meeuwen),
ǫnǝrstǝ stɛleŋ (Q003p Genk),
onderstelling:
ǫnǝrstɛleŋ (L364p Meeuwen),
platform:
platfǫrǝm (P176p Sint-Truiden),
schriksteiger:
sxrekstęjgǝr (L271p Venlo),
šrekstęjgǝr (Q095p Maastricht),
šrekštęjgǝr (Q019p Beek, ...
L270p Tegelen,
Q097p Ulestraten),
schutzsteiger:
šutsštījǝr (Q121p Kerkrade),
valsteiger:
val[steiger] (Q019p Beek, ...
L320a Ell,
Q202p Eys,
L320c Haler,
Q113p Heerlen,
L291p Helden,
L330p Herten,
L292p Heythuysen,
Q039p Hoensbroek,
Q121p Kerkrade,
L289b Leuken,
L211p Leunen,
L316a Lozen,
L267p Maasbree,
L265p Meijel,
L382p Montfort,
Q197p Noorbeek,
L163p Ottersum,
L290p Panningen,
Q098p Schimmert,
L432p Susteren,
L270p Tegelen,
Q197a Terlinden,
L318b Tungelroy,
L271p Venlo,
L210p Venray,
Q117a Waubach,
L289p Weert),
valstelling:
val[stelling] (Q019p Beek, ...
Q018p Geulle,
Q100p Houthem,
K278p Lommel,
L321p Neeritter,
Q194p Rijckholt,
Q099q Rothem,
Q101p Valkenburg,
L289p Weert),
vangsteiger:
vaŋštīgǝr (Q117a Waubach),
zekerheidssteiger:
zexǝrhētsštījǝr (Q121c Bleijerheide)
|
Noodvloer die onder de steigervloer moet liggen wanneer deze meer dan 4 m boven de begane grond komt. Wanneer men een nieuwe steigerverdieping heeft aangebracht, wordt de oude werkvloer doorgaans als valsteiger gebruikt. Zie voor de niet fonetisch gedocumenteerde vormen van de woorddelen '-(steiger)' en '-(stelling)' het lemma 'Steiger'. [N 32, 6; monogr.]
II-9
|