32219 |
vellingspanner |
cabestan:
kapǝštaŋ (L294p Neer),
prang:
praŋ (K353p Tessenderlo),
spanner:
spanǝr (L426p Buchten),
velgenklem:
vɛlgǝklɛm (L382p Montfort),
velgenspanner:
vɛlgǝšpanǝr (L434p Limbricht),
velligenspannner:
vɛlegǝšpanǝr (Q119p Eygelshoven),
vellingspanner:
veleŋšpanǝr (Q204a Mechelen),
vɛleŋšpanǝr (Q111p Klimmen, ...
L270p Tegelen)
|
Houten werktuig waarmee men de velgsegmenten van een klein wiel, bijvoorbeeld van een kruiwagen, bijeen houdt en aanspant. Het bestaat uit een touw dat om de velgsegmenten wordt geslagen en door middel van een schroef of draaispil wordt aangespannen. Zie ook afb. 191. Volgens de respondenten uit Oirsbeek (Q 33) en Klimmen (Q 111) werd de vellingspanner weinig gebruikt. [N G, 14]
II-12
|