e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
venster onder een dakwelving daklucht: dākløxt (Haelen), dakluik: dāklūk (Stevensweert), dakraampje: dākrɛmkǝ (Boekend), dakvenster: dak˲vęnstǝr (Leopoldsburg), dø̜̄k˲venstǝr (Nederstraat, ... ), dāk˲venstǝr (Boekt Heikant, ... ), dakvenstertje: dak˲vęnstǝrkǝ (Lommel), dø̜̄k˲venstǝrkǝ (Diepenbeek), dāk˲venstǝrkǝ (Schimmert), halve maan: halǝf mǭn (Lummen), hooiluik: hø̄i̯lūk (Grathem), hooivenster: hø̄i̯venstǝr (Grathem), kapel: kapɛl (Middelaar), kijkgat: kik˲gat (Beringen), kijkuit: kikuǝt (Achel), kiqūt (Maasmechelen, ... ), koekoek: kukuk (Hoensbroek), kūkūk (Hamont), kruipgat: krūp˲gāt (Zepperen), lochtgat: lōxt˲gāt (Opglabbeek, ... ), lǫx˲gāt (Geulle), lochtkot: loxtkǫt (Beringen), luxtkǫt (Kwaadmechelen), lǫxkyt (Rosmeer), lǫxtkű̄ǝt (Bree), lǭxtkuu̯ǝt (Kermt), lochtlok: loxlǭk (Einighausen), lochttrek: lōxttrɛk (Maaseik), loergat: lōrgāt (Maaseik), luchtgat: løxt˲gat (Gennep), manegat: mou̯nǝgaǝt (Velm), spinnegat: spenǝgāt (Meijel), stofluik: stǭflūk (Stevensweert), trekgat: tręk˲gāt (Bree), uilicht: ylēx (Eisden), uitkijkvenster: ōtkik˲venstǝr (Eigenbilzen), venster: venstǝr (Linkhout), vęnstǝr (Tessenderlo), vensterluik: venstǝrlø̜k (Zelem), ventilatiegat: vɛntǝlāsigat (Gennep), windgat: went˲gat (Halen), windkot: wentkǫt (Linkhout), wē̜ ̞ntkōǝt (Neerpelt), windluik: wenjtlūk (Neeritter), windvenster: węnjtj˲venstǝr (Rotem), zolderraampje: zø̜ldǝrrē̜ ̞mkǝ (Sittard), zoldervenstertje: zøldǝrvenstǝrkǝ (Meldert) Bedoeld wordt een vertikaal venster of luik onder een welving van het dak in het dak. Het dient om de zolder te belichten en (vooral) te beluchten, minder om er iets door te steken. De vorm is vaak een halve cirkel (zie het lemma "half-cirkelvormig raam", 4.2.15). De benamingen zijn soms gelijk aan die van het dakvenster (zie dat lemma) of andere vensters in het dak. Zie ook het lemma "gat in eeen klein dakschild" (4.2.10). [N 4A, 45d] I-6