31374 |
vijlblad |
raspkant:
raspkant (P219p Jeuk),
tandbed:
tantj˱bęt (L330p Herten),
veld:
vɛltj (L321p Neeritter),
vijlblad:
v ̇īlbl ̇āt (L330p Herten),
vijlenblad:
vilǝblat (Q116p Simpelveld),
vijlkant:
vęjlkant (P219p Jeuk),
wrijfvlak:
vrīf˲vlak (L291p Helden, ...
L290p Panningen)
|
Het van een kap voorziene gedeelte van een vijl. Zie ook het lemma "vijlkap". Naar de vorm worden onder meer de volgende vijlbladen onderscheiden: platte vijlen, mesvijlen, driekante vijlen, halfronde vijlen en geheel ronde vijlen of rattenstaarten. Sommige vijlbladen hebben in de lengte dezelfde dwarsdoorsnede, andere lopen van het midden naar de top toe in een punt uit. De zijkanten van het blad kunnen al dan niet van een kap zijn voorzien. Een niet gekapte kant, een zgn. spaarkant, kan langs het materiaal worden bewogen zonder af te nemen. [N 33, 106]
II-11
|