e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
visvangst buit: buit (Oirsbeek, ... ), buut (Ell), gevangen (volt.deelw.): gevange (Genk), portie: ɛn (heil) poëse (Bilzen), raffel: raffel (Schinnen), roffel: (ɛn roeffel) (Bilzen), rufəl (Heerlen), vangst: de vangs (Kanne), dë vángs (Tongeren), en vángst (Zolder), vangs (Amby, ... ), vangst (Achel, ... ), vaŋs (Beesel, ... ), vaŋst (Bree, ... ), vøsj (Eys), [Alg. opmerking: de invuller is een nieuwe medewerker en heeft enkel vernederlandste woorden genoteerd die reeds tussen haakjes in de vraagstelling gesuggereerd werden]  vangst (Heers), Antwoord onderlijnd bij de suggesties.  vangst (Diepenbeek), Zonder t.  vangs (Eigenbilzen), vissen (mv.): vèsse (Veldwezelt), zootje: zootje (Maasniel, ... ), zøͅtjə (Gennep) alles wat men vangt bij het vissen [vangst, rafel] [N 112 (2006)] || Alles wat men vangt bij het vissen [vangst, rafel]. [N 88 (1982)] III-3-2