29176 |
wel |
kamrol:
kamrol (L318p Stramproy),
naas:
nǭs (Q083p Bilzen),
neus:
nø̄s (K353p Tessenderlo),
rol:
rol (L318p Stramproy),
wel:
wɛl (Q121c Bleijerheide, ...
Q018p Geulle,
L387p Posterholt,
L385p Sint Odilienberg,
Q015p Stein)
|
De uitstekende voorkant van een traptrede, meestal halfrond geprofileerd. De afstand van voorkant stootbord tot voorkant trede. Zie ook afb. 68c. [N 55, 89f] || Een cilinder met een middellijn van ongeveer 6 √† 7 cm en een lengte van ongeveer een meter. Zij draait met pinnen in twee blokken, die aan de bovenkant nog door één of twee latten verbonden zijn. Met touwen hangt deze wel aan de welboom dwars boven het getouw (Van de Ven, pag. 10). [N 39, 34a]
II-7, II-9
|