25962 |
wipmolen |
kokermolen:
kōkǝrmyǝlǝ (L289p Weert),
kǭkǝrmø̄lǝ (L292a Maxet),
spinnekopmolen:
spenǝkǫpmø̄lǝ (L265p Meijel),
wipmolen:
wepmø̄lǝ (L265p Meijel)
|
Standerdmolen, voorzien van een meestal pyramidevormige onderbouw, die in het algemeen wordt gebruikt voor polderbemaling. In tegenstelling tot de standerdmolen is bij de wipmolen de standerd gevormd uit houten balken, kokerstijlen, die tot een zware houten cilinder, de koker, zijn samengevoegd. De molenspil loopt door deze koker tot in de onderbouw. Via een overbrenging kan een buiten het molengebouw geplaatst scheprad in beweging worden gebracht. [N O, 32b; N O, 32j]
II-3
|