26006 |
zijwanden |
bakplanken:
bakplā.ŋkǝ (Q188p Kanne),
bijplanken:
biplāŋkǝ (Q193p Gronsveld),
brakplanken:
brakplanken (L360p Bree),
brederplanken:
brēi̯ǝrplęŋk (Q007p Eisden),
kralplanken:
kralplɛŋk (L294p Neer),
kruigenplanken:
krø̜i̯gǝplɛŋk (L265p Meijel),
krǭ.gǝplɛ.ŋk (Q001p Zonhoven),
kruikarbreder:
krukǝrbrīǝ.r (L422p Lanklaar),
(enkelv)
krukarbrēt (Q009p Maasmechelen),
kruikarplanken:
krui̯kǝrplɛ.ŋk (L363p Ellikom, ...
L364p Meeuwen,
L415p Opoeteren),
krukarplɛ.ŋk (Q007p Eisden, ...
L419p Elen,
L424p Meeswijk),
krukǝrplɛ.ŋk (L367p Neerglabbeek),
krukɛrplɛŋk (L291p Helden, ...
L289b Leuken,
L318b Tungelroy,
L289p Weert),
kruu̯karplɛ.ŋk (L372p Maaseik),
krøkɛrplɛŋk (L288a Ospel),
krøu̯karplęŋk (L360p Bree),
(enkelv)
krukɛrplaŋk (L318b Tungelroy),
kruiwagelenberden:
krāi̯wāgǝlǝbędǝ (K357p Paal),
kruiwagelkisten:
kru.wǭ.gǝlkistǝ (Q178p Val-Meer),
krøǝwǭǝgǝlkestǝ (Q078p Wellen),
kruiwagelplanken:
krǭ.wā.gǝlplɛ.ŋk (L414p Houthalen),
kruiwagelschotten:
krø̜̄wāgǝlsxǫtǝn (K258p Zandhoven),
kruiwagelskisten:
krø̜̄ǝwǭgǝlskīi̯.stǝ (P177a Ordingen),
kruiwagelsplanken:
krø̜̄wǭ.gǝlspla.ŋkǝ (K318p Berverlo),
krē̜ǝwāgǝlsplaŋkǝ (P050p Herk-de-Stad),
kruiwagenplanken:
kruwā.gǝplɛ.ŋk (L353p Eksel, ...
L312p Neerpelt,
L314p Overpelt),
krø.i̯wāgǝplɛŋk (L282p Achel),
krø̜̄wāgǝpla.ŋkǝ (K361p Zolder),
krūwāgǝplɛ.ŋk (L316p Kaulille),
krǫu̯wāgǝplɛ.ŋk (L356p Grote-Brogel, ...
L352p Hechtel,
L354p Wijchmaal),
krǭwāgǝplɛ.ŋk (L413p Helchteren),
kruiwagensplanken:
kruwāgǝsplɛŋk (L268p Velden),
krø̜̄.wāspla.ŋkǝ (K360p Heusden),
kruiwelmouwen:
krē̜.wǝlmōǝ (Q002a Godschei),
krǭ.wǝlmōǝ (Q075p Vliermaalroot),
kruiwelsmouwen:
krē̜.wǝlsmōǝ (P053p Berbroek),
kr˙ø̄wǝlsm˙ǫu̯ǝ (P118p Kozen),
kruiwelsmouwer:
krē̜.wǝlmou̯ǝr (P056p Stokrooie),
kruiwelsplanken:
krǭ.wǝlspla.ŋkǝ (K359p Koersel),
kruiwenplanken:
krǫu̯.wǝplɛ.ŋk (L355p Peer),
laadplanken:
lāi̯plɛŋk (Q005p Zutendaal),
losse planken:
lǫsǝ plaŋkǝ (Q032a Puth),
ruls:
røls (L429p Guttecoven, ...
Q039p Hoensbroek),
rø̜ls (Q113p Heerlen, ...
Q033p Oirsbeek,
Q032a Puth,
Q101p Valkenburg),
schurkkarplanken:
šørkɛrplɛŋk (L322p Haelen),
šø̜rkarplɛŋk (L426z Holtum
[(enkelv šø̜rkarplaŋk)]
, ...
L434p Limbricht),
schurskarrenplanken:
šorskɛrǝplɛŋk (L322a Nunhem),
šø̜rskɛrǝplɛŋk (L325p Horn, ...
L382p Montfort),
(enkelv)
šø̜rskarǝplaŋk (L430p Einighausen),
stopselplankje:
stø̄psǝlplɛŋkskǝ (Q009p Maasmechelen),
zijden:
ze.jǝ (L289p Weert),
zɛjǝ (K353p Tessenderlo),
zijkanten:
zikɛnjǝ (L330p Herten),
zijplanken:
zęi̯plęŋk (L420p Rotem)
|
De beide zijkanten van de molenkast samen wanneer men geen onderscheid maakt tussen de achteraanweeg (vangzijde) en de vooraanweeg (steenrechtzijde). [N O, 47c] || Zijkanten van de platte kruiwagen. De meer algemene benamingen zijn terug te vinden onder het lemma zijwand. Het woordtype ruls staat voor een bijzondere soort zijkant, die niet uit planken bestaat, maar uit latjes en die voornamelijk dient voor het vervoer van takken, bladeren en dergelijke. Zie ook het lemma rulskar. [N 18, 98a + add; N G, 53c; JG 2b; monogr.]
I-13, II-3
|