30833 |
zoolleer |
croupon:
croupon (Q003p Genk, ...
K278p Lommel,
Q001p Zonhoven),
krupǭ (Q083p Bilzen),
krǝpǫn (L163a Milsbeek),
onderleer:
ondǝrlę̄r (Q083p Bilzen),
zolenleer:
zǭlǝlę̄r (Q253p Montzen),
zoolleer:
zoallę̄ǝr (Q018p Geulle),
zoolleer (Q071p Diepenbeek, ...
Q112a Heerlerheide,
Q032p Schinnen,
Q117a Waubach),
zoǝllę̄r (Q083p Bilzen, ...
Q121c Bleijerheide),
zōllę̄r (L267p Maasbree, ...
L265p Meijel,
L163a Milsbeek,
Q032p Schinnen),
zōllę̄ǝr (Q071p Diepenbeek),
zǭllę̄r (L163a Milsbeek, ...
L115p Mook,
L387p Posterholt,
Q015p Stein)
|
Dik, stevig leer voor zolen van schoenen. Volgens de informant van L 163a gaat het hier om kuipgelooid leer, d.w.z. leer dat lange tijd met gemalen eikeschors, de run, in een kuip heeft gelegen. Croupon is het deel van de huid, de rug, dat het sterkste en dikste leer levert en dat zeer geschikt is als zoolleer. [N 60, 2a; N 60, 247]
II-10
|