id | Trefwoord | Begrip: dialectopgave (plaats) | Toelichting |
---|---|---|---|
20319 | oud schabraak | oude vrouw: āld schabraak (Blitterswijck, ... ), cf. Vd s.v. "schabrak, zie sjabrak (paardendekkleed? Zie Meerlo-Wanssum Wb. waarbij men verwijst naar de betekenis van "oud bouwvallig gebouw, ook persoon". Zie dan echter WNT s.v. "schabbernak - schavernak"6) bouwvallig huis. Zie ook het type "schabernak āld schabraak (Wanssum), cf.WLD III, 2.1, p. 26, s.v. schabraak = bouwval āld schabraak (Geysteren) III-2-2 |