id | Trefwoord | Begrip: dialectopgave (plaats) | Toelichting |
---|---|---|---|
17817 | belsen | lopen: bę.lsǝ (Bilzen [(driftig lopen)] ), onregelmatig dorsen: bęlsǝ (Tongeren), werken op de boerderij: bęlsǝ (Wellen), zwoegen: bèlse (Genk, ... ), mar.: heeft het iets met een "Belgisch paard"te maken?; cf. WNT I.10 p. 71 s.v. "belsen"= driftig lopen (v.e. paard) bélsə (Niel-bij-St.-Truiden), pejoratieve betekenis: overhaasten belsə (Kortessem) I-4, I-6, I-9, III-1-4 |