id | Trefwoord | Begrip: dialectopgave (plaats) | Toelichting |
---|---|---|---|
33188 | inhakken | aanaarden met de hak: inhakǝ (Gennep, ... ), een voor afhakken, afscheppen: inhakǝ (Gennep), inkappen, eerste slagen maken met de zicht: enhakǝ (Molenbeersel), ęnhakǝ (As, ... ), met de schop poten, kuiltjes maken: enhaʔǝ (Kwaadmechelen), inhakǝ (Gennep, ... ) I-1, I-4, I-5 |