25099 |
met staande kar |
achtereen, na elkaar:
Bijv. als de oogst wordt binnengehaald met een gereedstaande kar als de andere aankomt.
möt stoandzje kar (L417p As, ...
L317p Bocholt,
L360p Bree,
L363p Ellikom,
L366p Gruitrode,
L364p Meeuwen,
L367p Neerglabbeek,
L368p Neeroeteren,
L416p Opglabbeek,
L415p Opoeteren,
L358p Reppel),
met staande kar varen:
męt støndǝ kār (Q163p Berg, ...
Q158a Henis,
Q177p Millen,
Q182p Nerem,
Q168p s-Herenelderen,
Q162p Tongeren
[(twee karren)]
),
męt støndǝ kɛ̄r (Q075p Vliermaalroot),
męt stōndǝ kār (Q178p Val-Meer
[(twee karren)]
),
męt stǭndǝ kār (Q188p Kanne, ...
Q179p Zichen-Zussen-Bolder)
I-10, III-4-4
|
|