e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
stort afslagplaats van zand en afval:   štort (Reuver, ... ), štǫrt (Swalmen), bewaarplaats van bieten en groenvoer in de stal:   stǫrt (Heythuysen, ... ), bijkeuken, achterkeuken:   stort (Castenray, ... ), stoͅrt (Grathem, ... ), vroeger  størt (Weert), bui, regenbui:   stərt (Beringen), ps. omgespeld volgens IPA!  stoͅrt (Neerpelt), kook- en eetruimte in de stal, zomerwoning:   stǫrt (Eind), spin:   stort (Genooi/Ohé, ... ), steenberg:   stǫrt (As  [(Zwartberg / Waterschei)]  , ... [Eisden]  [Zolder]), stortplaats:   schtort (Amby), schtôrt (Schimmert), shtort (Brunssum), sjtort (Bunde, ... ), sjtòrt (Epen, ... ), sjtórt (Heerlen), stjort (Melick), stoat (Maastricht), stort (Bree, ... ), stòrt (Born, ... ), ’t sjtort (Doenrade, ... ), ’t stort (Oirlo, ... ), (o.).  štoͅ.rt (Eys), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: deze lijst heb ik letterlijk, zoals invuller het genoteerd heeft overgenomen!  stórt (Maastricht), Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!  sjtòrt (Nieuwenhagen), Opm. v.d. invuller: het woord stort betekent ook de achterkeuken van een boerderij.  stort (Ell), ps. omgespeld volgens Frings!  stoͅrt (Houthalen), ps. omgespeld volgens RND!  stoͅrt (Meeuwen), voorstal, voedergang:   stø̜rt (Nederweert, ... ), štǫrt (Heythuysen) I-6, II-5, II-8, III-2-1, III-3-1, III-4-2, III-4-4