e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
urineren afgieten: aafgeete (Weert), aftappen: aaftappe (Klimmen, ... ), de aardappels afgieten: Humoristisch  z`n jètappëlë ôofgiete (Tongeren), de aardappels aflaten: de iërappəl aoflotte (Bilzen), de èrpel aafloaten (Klimmen), de aardappels afschudden: de aerpel aafschödde (Weert), de eëpel aafsjudde (Kerkrade), de irpel aafsjödde (Klimmen), de iërappəl aofsjèdde (Bilzen), ähpel aafsjudde (Bocholtz), i.e. de aardappelen afgieten voor urineren bij mannen.  de earpel aafsjudde (Lutterade), de buiten in gaan: de boeten in goân (Tungelroy), de kleine jong een handje geven: d`r kleine jong n hendje gève (Klimmen), een maas doen: Volgens de informant zeer typisch in Midden-Limburg.  ein maas doon (Maasbracht), een stang zeik hebben: Heel erg moeten.  ein stang zeik höbbe (Echt/Gebroek), gaan kijken of ik nog een jong ben: goan kieke of ich nog unne jong bin (Weert), gaan kijken of ik nog een mannetje ben: Als men zich uit een gezelschap verwijderd.  ich gon kieken of ich nog e mênneke bèn (Bilzen), gaan staan: goon stoon (Uikhoven), Als men zich uit een gezelschap verwijderd.  ich moet ens gon ston (Bilzen), gaan waar de keizer te voet gaat: Als men zich uit een gezelschap verwijderd.  ich gon boe de keizer te voet geet (Bilzen), gaan waar de koning te voet gaat: Als men zich uit een gezelschap verwijderd.  ich gon boe de koning te voet geet (Bilzen), gorzen: goerzen (Diepenbeek), gorzǝ (Bree), górze (Bree), joesje (Kerkrade), klateren: klaatere (Herten (bij Roermond)), klatere (Echt/Gebroek), klein commissie doen: de klein kemisse doon (Uikhoven), klein kemissie doen (Mechelen-aan-de-Maas), kleine wc doen: kleine WC doen (Mechelen-aan-de-Maas), koinzjelen: kaoinzjele (Kortessem), Humoristisch; de kanjel = regenpijp.  koinzjëlë (Tongeren), krauwen: krawwe (Klimmen), krouwe (Klimmen), krouwwe (Klimmen), leuteren: leutere (Ell, ... ), līētərə (As), luetere (Echt/Gebroek), mijn zwager een hand geven: miene zwoager un hand gaeve (Weert), zie zjwager n hand gève (Klimmen), naar de koer gaan: noa de koer goan (Weert), naar waterschei gaan: nao Waatərsjei gōēn (As), pipi doen: pipi doen (Loksbergen, ... ), Kindertaal.  pipi dōēn (Bilzen), Van kinderen.  piĕpiĕ doon (As), pisje doen: piske doen (Kerkhoven, ... ), pissen: peesse (Helden/Everlo, ... ), pesǝ (Eijsden, ... ), pesə (Helchteren, ... ), peͅsə (Borlo), piese (Asenray/Maalbroek, ... ), piesen (Diepenbeek, ... ), piesse (Eijsden, ... ), pisse (Asenray/Maalbroek, ... ), pisse(n) (Susteren), pissen (Achel, ... ), pissë (Hoeselt, ... ), pissə (As, ... ), pisǝ (Venlo), pī.sse (Panningen), pīse (Panningen), pîesse (Kortessem), pęsǝ (Borlo), [Paragraaf: lichaam]  pisse (Boorsem), De informant merkt op dat hij 67 jaar is en reeds 30 weg uit Maastricht.  pisse (Maastricht), Minder net.  pissen (Maasbracht), Soms wordt het zo genoemd.  pissə (Baarlo), plassen: plasse (Beesel, ... ), plassen (Tegelen, ... ), (= moderner).  plassen (Oirlo), Dit woord gebruikt/kent men sedert enkele tientallen.  plassen (Bleijerheide), Net.  plassen (Maasbracht), Netter.  plasse (Horn), nieuw woord!  plasse (Vlodrop), nu noemt men het zo!  plassen (Brunssum), ruizelen: roezëlë (Hoeselt), Kindertaal.  rōēzëlë (Tongeren), sassen: sasse (Klimmen, ... ), slijpen: schliepe (Nieuwenhagen), smiegelen: smīgele (Weert), stripsen: stripsə (Loksbergen), stritsen: B.v. v.e. hond.  stritse (Kortessem), Van kat en hond of plat.  stritsə (As), stropen: strooppen (Diepenbeek), klasseverschil/lagen klasse.  strūpə (Borlo), urineren: urinere (Baarlo), urineren (Baarlo), vloeien: floi̯ǝ (Nieuwenhagen), flojje (Waubach), (= Bargoens).  flòjje (Waubach), water maken: (zie water make) (Ell), het water make (Thorn, ... ), wao.ter maa.ke (Zolder), wasser maache (Bocholtz), ze water make (Mechelen-aan-de-Maas), zie water make (Herten (bij Roermond)), zè waitter maaken (Eksel), wateren: waa.tere (Panningen), watere (Belfeld, ... ), wateren (Lutterade, ... ), wâtere (Heerlen), wòòtere (Eijsden), zeiken: (zeike) (Wellen), seiken (Blerick, ... ), sęi̯kǝ (Blerick, ... ), zai̯kǝ (Asenray / Maalbroek, ... ), zāēkə (Leopoldsburg), zāēkən (Koersel), zāj`ən (Kwaadmechelen), zee.ke (Zolder), zeeke (Bocholtz, ... ), zeeken (Diepenbeek, ... ), zei.ke (Boukoul), zeike (Belfeld, ... ), zeiken (Baarlo, ... ), zeikə (Berg, ... ), zeikən (Overpelt), zei̯kǝ (Meeuwen), zejkə (As, ... ), zeke (Diepenbeek, ... ), zeken (Eksel, ... ), zekə (Heers), zēikə (Herk-de-Stad), zējkə (Hees), zēken (Eksel, ... ), zēkə (Beverlo, ... ), zēkən (Houthalen), zēͅi̯kə (Mechelen-aan-de-Maas), zēͅkə (Meldert, ... ), zēͅkən (Helchteren), zeͅikə (Bree, ... ), zeͅkə (Lozen), zii̯kǝ (Mesch), zijke (Beesel, ... ), zijken (Meijel), zijkə (Holtum, ... ), zy:ke (Roermond), zèike (Sint-Truiden), zèikë (Tongeren), zèjke (Panningen), zèke (Kerkrade), zèken (Nieuwenhagen), zèèke (s-Gravenvoeren), zéjken (Ottersum), zéjkə (Baarlo), zékë (Hoeselt), zêke (Beverlo), zāi̯ʔǝ (Kwaadmechelen), zē.kǝ (Beverst, ... ), zēi̯kǝ (Hoensbroek, ... ), zēi̯kǝn (Eksel, ... ), zēkǝ (Amstenrade, ... ), zē̜i̯kǝ (Klimmen, ... ), zē̜kǝ (Helchteren, ... ), zē̜kǝn (Nieuwenhagen), zę.i̯kǝ (As, ... ), zęi̯kǝ (Baarlo, ... ), zęi̯kǝn (Ophoven), zɛ.i̯kǝ (Zutendaal), zɛ̄ʔǝn (Lommel), (= plat).  zeike (Klimmen, ... ), zijke (Meerlo), (= vulgair).  zeike (Weert), (bij "minder benhoofd"volk (fijn, maar langer).  zijke (Lanaken), (eventueel).  zeeke (Hoensbroek), (plat).  zeike (Tungelroy), zēj.ke (Panningen), zijken (Maastricht), (vulgair).  zeeke (Bilzen), [Paragraaf: lichaam]  zeike (Boorsem), Altijd van dieren. Bij mensen triviaal.  zeeke (Oirsbeek), B.v. ich mot zeike wie n Bels karreselpaerd.  zeike (Maasbree), De informant merkt op dat hij 67 jaar is en reeds 30 weg uit Maastricht.  zeike (Maastricht), Dit is echt een grote hoeveelheid.  zeiken (Opglabbeek), Gemeen.  zeike (Neerharen), zeiken (Neerharen), Grof.  zeike (Tegelen), zeiken (Achel), Let wel: de andere informant voor Tongeren, evenals de informanten uit Bilzen (Q 083) en Kerkrade (Q 121) hebben niets ingevuld bij zeiken.  zēͅi:ka (Tongeren), Lomper.  zeiken (Meijel), Minst net.  zeike (Maasbracht), Onbeleefd.  zeike (Ell), Ordinair.  zeike (Baexem, ... ), zeiken (Heugem), Ordinaire taal.  zeike (Maasbracht), Plat.  zeike (Schinnen), zeiken (Maaseik), zijke (Reuver), V.e. dier.  zeiken (Oirlo), Vulgair.  zeeke (Bilzen), zijn patatten afgieten: Humoristisch  z`n pëtattë ôofgiete (Tongeren) banaal woord voor wateren || gaan plassen || pissen, plassen || pissen, zeiken || urine [N 10c (1961)], [N 10c (1995)] || urineren [N 10c (1961)], [N 10c (1995)] || urineren van een mens [N 38 (1971)] || Vloeibare ontlasting hebben, gezegd van vee. [N 38, 18b; JG 1a, 1b; monogr.] || wateren || wateren (plassen) || wateren, plassen || zeiken [ZND A2 (1940sq)] I-11, III-1-1