e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q007p plaats=Eisden

Overzicht

Gevonden: 3771
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
armvol armvol: ervel (Eisden, ... ), ɛrvǝl (Eisden) armvol [ZND 01 (1922)], [ZND 01u (1924)] || De hoeveelheid stro of aren die men in de armen kan vasthouden. Zie ook het lemma ''handvol hooi'' (5.1.4) in aflevering I.3. [N 7, 58; L 1, a-m; L 1u, 8; L A1, 88; Wi 51; monogr.] I-4, III-4-4
asarm asspit: asspēi̯t (Eisden) Elk van de uiteinden van de as die door de naven steken. Een asarm is steeds van metaal. [N 17, 53; N G, 48d; monogr] I-13
asblok asbed: as˱bęt (Eisden) Houten blok met aan de onderzijde een gleuf waarin de metalen as bevestigd wordt, ter versteviging van de as. Zie verder ook WLD I.1 voor het asblok van de ploeg. [N 17, 40 + 44j + 50b + 51; N G, 48a; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2b; monogr.] I-13
asse as: as (Eisden) asse? [N 93 (1983)] III-3-2
aswoensdag asgoensdag: etsgoonsdich (Eisden) Aswoensdag. [ZND 19A (1936)] III-3-3
aureool heiligenkrans: heiligekrans (Eisden, ... ) De gouden lichtkrans of -kring boven om het hoofd van een heiligenbeeld [aureool, nimbus?]. [N 96A (1989)] III-3-3
aureool, lichtkrans aureool: ǫwriōl (Eisden  [(Eisden)]   [Maurits]) Een lichtblauw gekleurde lichtkegel om de vlam van de veiligheidslamp, zichtbaar bij de aanwezigheid van mijngas. De lengte van de lichtkegel is een maat voor het percentage aanwezig mijngas. Is het mijngasgehalte ±4,5%, dan wordt de lichtkegel zo lang, dat ze de bovenkant van de gaaskap van de veiligheidslamp raakt. Hangt de lamp enige tijd in een dergelijk mengsel, dan kan de gaaskap gaan gloeien. Een gloeiende gaaskap levert steeds een groot gevaar op, aangezien daardoor het mijngas buiten de lamp ontstoken kan worden (Handb. H. pag. 10). [N 95, 234; monogr.] II-5
autoped trottinette (fr.): /  trontenet (Eisden), trontinet (Eisden) autoped [SND (2006)] III-3-2
averechts, achterstevoren verkeerd: verkiert (Eisden) averechts [ZND 05 (1924)] III-4-4
avondmaal avondbrood: aombroet (Eisden) de laatste maaltijd van de dag, avondeten [ZND 02 (1923)] III-2-3