e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L362p plaats=Opitter

Overzicht

Gevonden: 2129
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bidden beden: bɛi dich (Opitter), doe moos tich bɛijə (Opitter) Ge moet bidden (in de kerk). [ZND 21 (1936)] III-3-3
biechten (gaan) zich biechten (gaan): vɛ goan os beechtə (Opitter) We gaan biechten, of ... ons biechten, of ... te biechte (welke uitdrukking is hiervoor gebruikelijk?). [ZND 21 (1936)] III-3-3
bieden hogen: hie[ə}gə (Opitter), inzetten: inzettə (Opitter) bieden [ZND 21 (1936)] III-3-1
bier bier: verzamelfiche ook mat. van ZND 01 (a-m) ook ZND 22 vr. 27a  beer (Opitter) bier [ZND 06 (1924)] III-2-3
bier klaren filteren: f ̇eltǝrǝ (Opitter) Bier helder maken door er een klaringsmiddel aan toe te voegen of door het te filteren. [N 35, 82; monogr.] II-2
bierfilter bierfilter: bē.rf ̇eltǝr (Opitter), filter: f˙eltǝr (Opitter) Filter waardoor het bier geleid wordt. Op deze manier bereikt men dat het bier helder wordt. [N 35, 83; N 35, 82] II-2
biergist reinigen (de gist) wassen: w ̇asǝ (Opitter) Biergist wassen en zeven om onzuiverheden en bacteriën te verwijderen. [N 35, 65] II-2
bierpomp centrifugepomp: s ̇ęntrifȳ.žpo.mp (Opitter) De pomp die men gebruikt om de gekookte wort naar de koelbakken te transporteren. [N 35, 35c; N 35, 34a; N 35, 34b; N 35, 34c; monogr.] II-2
biervaten schoonmaken spoelen: sp ̇ēlǝ (Opitter) Het reinigen van biervaten. De woordtypen "solferen" en "ontsolferen" (Q 95) waren van toepassing op het ontsmetten van vaten met behulp van zwavel dat werd vermengd met water (Claessen, pag. 2. 51). [N 35, 89] II-2
bieslook bieslook: beisloeək (Opitter) [ZND 34 (1940)] I-7