e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L245p plaats=Meterik

Overzicht

Gevonden: 1646
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
doof doof: doĕf (Meterik) doof [SGV (1914)] III-1-1
dooien dooien: duuje (Meterik) dooien [SGV (1914)] III-4-4
dooier eierdoren: ęi̯ǝrdǭrǝ (Meterik) Het geel van het ei. [RND 123; L 1a-m; L 3, 8; L A2, 383; JG 1b, 1c, 2c; monogr.] I-12
doop doop: duup (Meterik) doop [SGV (1914)] III-3-3
doopjurkje doopkleedje: dyəpklɛ:tsjə (Meterik) doopkleed [RND] III-3-3
doopvont doopvont: dyəpfu.nt (Meterik), vont: vint (Meterik) doopvont [RND], [SGV (1914)] III-3-3
door elkaar, verward dooreen: dŏŏrieun (Meterik) dooreen [SGV (1914)] III-4-4
doorn, stekel doorn: dōrre (Meterik), doorn (mv.): dör (Meterik), døͅr (Meterik) doorn [SGV (1914)] || doornen [RND] || doorns [SGV (1914)] III-4-3
doornatte turf strontnatte turf: strontnātǝ tø̜rǝf (Meterik) [II, 16e] II-4
doornstruik doornenstruik: dörrestroe-u-k (Meterik) doornstruik [SGV (1914)] III-4-3