e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Boekend

Overzicht

Gevonden: 1986

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
afhangend kuifje (bij kortgeknipt haar) pony: ponnie (Boekend) haar, kortgeknipt ~ met alleen van voor een afhangend kuifje [ponnie, tuil] [N 10 (1961)] III-1-1
afkalven afkalven: aafkalve (Boekend) afkalven, stuksgewijs afschuiven en instorten gezegd van oevers, slootkanten enz [inkalven, inkavelen, inkelderen] [N 81 (1980)] III-4-4
afkijken afkijken: aafkiëke (Boekend) afschrijven; Bij een buurman of buurvrouw kijken? [DC 48 (1973)] III-3-1
afloeren, bespieden afkijken: aafkiëke (Boekend) kijken: afloeren [aafvinke] [N 10 (1961)] III-1-1
afschampen schampen: sxampǝ (Boekend) Door afketsen van de kogel of door verkeerd schieten van de slachter kan het gebeuren dat de kogel niet helemaal in de kop doordringt. Zo kan de kogel terugketsen als het varken te dik is. En als de patroonhuls, de kardoes, te nat is of de patroon te slap, kan het schot ook mislukken. [N 28, 8; monogr.] II-1
afslaan, van noten afgooien: neut aagoeije (Boekend) Noten afslaan (boeken, beuken slaan, rammelen, sloesteren). [N 82 (1981)] I-7
aftrekken (met de hand) plukken: plø̄kǝ (Boekend) Het uit de grond trekken van konijnevoer, onkruid, e.d., zonder dat daarbij gereedschap wordt gebruikt. [N Q, 11c] I-5
afvallen van bladeren afvallen: aafvalle (Boekend) afvallen van bladeren [DC 48 (1973)] III-4-3
afwasborstel borstel: börstel (Boekend) Borstel waarmee potten en pannen gereinigd worden (borstel, schrobbertje) [N 79 (1979)] III-2-1
afwasteil, afwasbak afwasbak: aafwasbak (Boekend), kuipje: kūpke (Boekend), pompensteen: pôômpestein (Boekend) afwasbak [N 07 (1961)] || bak waarin men afwast [N 20 (zj)] III-2-1