e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P120p plaats=Alken

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lauw lauw: loo wetər (Alken) Lauw. Lauw water [ZND 37 (1941)] III-4-4
leefnet leefnet: lièfnet (Alken) het net waarin men vissen die met de hengel zijn gevangen levend kan houden [leefnet, kaar] [N 112 (2006)] III-3-2
leeftijd, ouderdom ouderdom: aadərdòm (Alken) ouderdom; op zijn ouderdom [ZND 40 (1942)] III-2-2
leeg, niets bevattend leeg: leeg (Alken) Leeg. Mijn glas is ledig [ZND 37 (1941)] III-4-4
leeglopen leeg zijn: lɛjx ˲zɛn (Alken) Het over elkaar gaan van de molenstenen zonder graan. De stenen kunnen dan sneller gaan draaien waardoor het gevaar ontstaat dat de molen heet loopt. [N O, 34o; Vds 116; Jan 260; Coe 142; Grof 167; N O, 36e] II-3
leeuwenbek gaapmuiltje: -  gaəpməlkəs (Alken) grote leeuwebek [ZND 40 (1942)] III-4-3
legerkelder lagerkelder: lāgǝrkaldǝr (Alken) De ruimte waarin de nagisting plaatsvindt. De invuller uit P 180 merkt op dat de "bewaarplakken" zich in de kelder bevonden. [N 35, 86; monogr.] II-2
legertanks tanks: taŋs (Alken) De tanks waarin de nagisting plaatsvindt. [N 35, 73; N 35, 79] II-2
legervat ton: (mv.)  tǫnǝ (Alken) Het vat of de ton waarin de nagisting plaatsvindt. Volgens de zegsman uit L 210 had zo''n ton een inhoud van 140 liter. [N 35, 73; monogr.] II-2
leggende werkbij leggende bij: lɛgǝndǝ [bij] (Alken) Een werkbij die eieren legt. Bij moerloosheid kunnen ook werkbijen optreden als eierenlegster. Maar zij doen dit leggen niet zo goed als de moer. De eieren zijn echter onbevrucht, omdat de werkbij geen darrenzaad heeft ontvangen. Uit de eieren komen alleen darren. Eieren van leggende werkbijen vindt men altijd aan de rand van een cel. Een koningin legt in het midden van de cel. Zie voor de fonetische documentatie van (werkbij) het lemma Werkbij en van (bij) het lemma Bij. [N 63, 62a] II-6