e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Amby

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
schipper schipper: šipər (Amby) schipper [RND] III-3-1
schipperen schipperen: schippere (Amby) naar omstandigheden handelen, niet aan zijn beginsels vasthouden, maar alles rustig in het werk stellen om een oplossing te vinden [busselen, schipperen] [N 85 (1981)] III-1-4
schitteren schitteren: schittere (Amby) een sterk, beweeglijk licht verspreiden zodat het pijn doet aan de ogen [schitteren, glariën] [N 91 (1982)] III-4-4
schoen: algemeen schoen: scheun (Amby), sjoon (Amby) een schoen [ZND 06 (1924)] || schoen [SGV (1914)] III-1-3
schoenen (mv.) schoenen (mv.): scheun (Amby), hoege en liege  schoon (Amby, ... ) Hoe noemt men de schoenen? Maakt men verschil tusschen hooge en lage schoenen? [DC 09 (1940)] || schoenen (mv.) [SGV (1914)] III-1-3
schoensmeer wiks: wiks (Amby, ... ) schoensmeer (blink) [ZND 01 (1922)], [ZND 01 (1922)] III-1-3, III-2-1
schoenveter rijgstaartel: riestartel (Amby) Nestel (van den schoen; fr. lacet). [ZND 05 (1924)] III-1-3
schokschouderen schokschouderen: schokschouwere (Amby) schokschouderen [SGV (1914)] III-1-2
schol schol: sch wordt op zn duits uitgesproken  schol (Amby), scholletje: vroeger op de kermis  schölke(s) (Amby) bolling; Hoe noemt U: Gezouten en gedroogde vis (bolling) [N 80 (1980)] || Hoe noemt u de schol: een platvis die tot 70cm lang kan worden. Hij heeft een rij benige uitsteeksels tussen het oog en de nabije borstvin. Op het lichaam komen mooie oranje vlekken op een grijsbruine ondergrond voor (plaat, pladijs, schol, schar) [N 83 (1981)] III-2-3
schommel schokkel: n sjokkel (Amby), schokkel (Amby), de kk met een enigszins neusklank uitspreken  schokkel (Amby, ... ) Hoe noemt men het hier afgebeelde kinderspeelgoed, bestaande uit een touw dat, aan een balk of een boom tak gebonden, in een bocht naar beneden hangt, waarin kinderen graag heen en weer zweven? [DC 19 (1951)] || schommel [SGV (1914)] || Schommel. [ZND 14 (1926)] || Soms is in de bocht van het touw een plankje of een bak bevestigd, waarop of waarin het kind zit. Noemt men deze vorm van het speelgoed misschien met een andere naam als de onder a getekende? [DC 19 (1951)] III-3-2