e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L250p plaats=Arcen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
royaal royaal (<fr.): rejaal (Arcen), rojaal (Arcen), rójáál (Arcen) gul [SGV (1914)] || royaal [DC 02 (1932)] III-3-1
rozenbottel timpelteer: tepeltĕr (Arcen) rozenbottel [SGV (1914)] III-4-3
rozijnenbrood krentenweg: #NAME?  krintenwek (Arcen), rozijnenweg: reziene wèk (Arcen), krintenwek of -  rozienenwek (Arcen) brood, waarin rozijnen gebakken worden [N 29 (1967)] || wittebrood met krenten, rozijnen (en eventueel sucade) [DC 053A (1978)] III-2-3
rug rug: ruk (Arcen, ... ), rùg (Arcen), rùk (Arcen) rug [DC 01 (1931)], [SGV (1914)] III-1-1
rug van het lemmer bovenkant: baovekàànt (Arcen) De niet-scherpe zijde van een mes (rug, botte kant) [N 79 (1979)] III-2-1
ruiken ruiken: ruken (Arcen) ruiken [DC 53 (1978)] III-1-1
ruin ruin: ryn (Arcen) Gecastreerde hengst. Als de veulens één à twee jaar zijn en de ballen voldoende gezakt en zichtbaar in de balzak zijn, worden zij gecastreerd. Een hengst van drie tot vijf jaar die om de een of andere reden op deze leeftijd nog gecastreerd wordt, wordt meestal gesneden hengst en niet ruin genoemd. [JG 1a, 1b; A 4, 2c; L 20, 2c; L 39, 43; N 8, 20 en 38; S 27; monogr.] I-9
ruiten in het kaartspel ruiten: roeten oas (Arcen), oe"is lang  roeten (Arcen) Hoe noemt u van het kaartspel de verschillende symbolen? (Het gaat om de gewone namen, niet om woorden voor "troef"enz.). - III. Ruiten. [DC 52 (1977)] || Ruiten: Ruiten aas. [SGV (1914)] III-3-2
rund rind: rent (Arcen) Holhoornig, herkauwend zoogdier dat om zijn vlees en melk en ook wel als trekdier gehouden wordt. [L 6, 22; L 42, 12; S 30; S 49; Wi 6; monogr.] I-11
runderhorzel, horzel horzel: horstel (Arcen, ... ), koehorzel: koehorstel (Arcen) horzel [SGV (1914)] || paardenhorzel (eieren in de haren van paarden, larven in maag en darmen) [DC 18 (1950)] || runderhorzel (larven in de huid van runderen) [DC 18 (1950)] || schapenhorzel (larven in de neusholte) [DC 18 (1950)] III-4-2