| 20769 |
brood |
brood:
broed (L250p Arcen),
broeed (L250p Arcen),
brôet (L250p Arcen)
|
brood [DC 03 (1934)], [DC 39 (1965)], [RND]
III-2-3
|
| 25613 |
brood uit de oven halen |
uithalen:
uthālǝ (L250p Arcen)
|
Het brood uit de oven halen wanneer het gereed is. Een bij het woord opgegeven object "brood" is niet opgenomen. [N 29, 50; N 29, 49; OB 2, 2e; monogr.]
II-1
|
| 25616 |
brood uit het blik of van de plaat halen |
uithalen:
uthālǝ (L250p Arcen)
|
Een eventueel opgegeven object brood, weg e.a. wordt niet gedocumenteerd. [N 29, 52]
II-1
|
| 20710 |
broodje |
kadetje:
kedètjes (L250p Arcen),
snek:
snèkke (L250p Arcen),
stoetje:
stukjes brood dat over was
stuutjes (L250p Arcen)
|
verschillende soorten broodjes [N 29 (1967)]
III-2-3
|
| 25655 |
broodkar |
broodkar:
brūǝtkɛr (L250p Arcen)
|
Kar waarmee de bakker of bakkersknecht het brood bezorgt. Vroeger gebeurde dat rondbrengen met de hondekar, aldus de informanten van L 292 en L 377. [N 29, 99b; monogr.]
II-1
|
| 25493 |
broodkorst |
kop:
kø̜p (L250p Arcen)
|
De broodkorst aan de beide uiteinden van het brood. [N 29, 55; monogr.]
II-1
|
| 25500 |
broodoven |
oven:
oavǝ (L250p Arcen),
ǭvǝ (L250p Arcen),
ǭǝvǝ (L250p Arcen)
|
De diverse vragen vroegen in het algemeen naar "de oven" en niet specifiek naar "de broodoven" afgezien van N 29, 1a. Het merendeel van de antwoorden slaat op de oven aan huis of op de boerderij. Meer specifieke ovens zullen in de bakkerij gebouwd zijn. De königswinteroven is een oven gemaakt van grote blokken steen afkomstig uit königswinter. De vloer bestaat uit twee grote blokken. Deze oven is voorzien van drie kanalen (pijpen) die boven het gewelf zijn aangebracht. Kanalen voeren de rook van achter de oven boven over het gewelf naar voren waardoor de trek van het vuur veel beter regelbaar wordt gemaakt (z. wbd ii afl. 1 blz. 62). [N 29, 1a; N 5, 135; RND, 57; S 27; Wi4; L 12, 8; L 40, 13b; L 40, 14; L A 2, 277; monogr.]
II-1
|
| 25617 |
broodrek |
broodrek:
brūǝtrɛk (L250p Arcen)
|
De houten stellage waarop het brood wordt weggezet. De woordtypen "broodkar", "broodwagen", "moeldedek", wijzen op het gebruik van iets anders dan een houten stellage of plank om het brood op neer te leggen. [N 29, 53]
II-1
|
| 24983 |
bros, breekbaar |
bros:
bros (L250p Arcen)
|
bros [SGV (1914)]
III-4-4
|
| 25657 |
brouwen |
brouwen:
brǫwǝ (L250p Arcen)
|
Bier bereiden. Quicke (pag. 72) geeft de volgende omschrijving: "Van bier, het mout beslaan, het wort klaren, hoppen en koken; bier vervaardigen. [S 5; L 1a-m; L 22, 27a; monogr.]
II-2
|