e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=As

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kolenvoorraad stock: stǫk (As  [(Zwartberg / Waterschei)]   [Eisden]) Voorraad kolen die een mijn opslaat wanneer de produktie hoger is dan de verkoop. [N 95, 33; Vwo 749] II-5
kollergang drijfwerk: drī.fwɛ.r(ǝ)k (As) Maalwerktuig voor zaad, bestaande uit twee verticaal geplaatste, ronde kantstenen of lopers die rondwentelen op een horizontale plaat, het doodsbed. De lopers draaien om een steenas die gestoken is in de steenspil (vgl. het staakijzer in de graanmolen). Ze wentelen ten gevolge van hun gewicht en van de wrijving van hun cilindrisch oppervlak tegen de ligger. Zie ook afb. 92. [Jan 275] II-3
kom kom: koͅm (As, ... ) een kom, twee kommen (rond en diep) [ZND 01 (1922)], [ZND 28 (1938)] III-2-1
komen komen: kuuəmə (As) komen [RND] III-1-2
komisch komiek: kəmik (As) lachwekkend omdat de tegenstelling tussen het gepretendeerde en het werkelijke doorzien wordt [komisch, vies] [N 85 (1981)] III-1-4
kommervol (zijn): kommer zijn kop vol: z⁄ne kòp vòl (As) vol leed en zorg [diepzinnig, kommervol] [N 85 (1981)] III-1-4
konijn konijn: kni-jn (As), ook ondergebracht mat. van ZND01, u-130  kenien (As) konijn [ZND 01 (1922)] III-2-1
konijnenhol konijnspijp: WBD/WLD  kni-j-nspī-jp (As) Hoe noemt u het in de grond uitgegraven verblijf van een konijn (kneut, pijp, potje) [N 83 (1981)] III-4-2
koning koning: kī[ə}niŋ (As), kéning (As), [sic]  ki.əniŋk (As), stang: staŋ (As) De staande as van het kroonrad van de watermolen. [Jan 106; Coe 92] || koning [RND], [ZND 01 (1922)], [ZND m] II-3, III-3-1
koning en vrouw van een kleur in een hand heer en dame: ig heb hartehier en hartedame bie ein (As), stuk: steͅk (As) Ik heb den heer en de vrouw van harten samen (bij het kaartspel). [ZND 40 (1942)] || Koning en vrouw van één kleur in één hand [stuk]. [N 88 (1982)] III-3-2