| 21206 |
prentbriefkaart |
zichtkaart:
zichtkaart (L417p As)
|
een briefkaart waarop aan een zijde een afbeelding is afgedrukt [prentbriefkaart, zichtkaart, kaartbrief] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 19333 |
pret, schik |
lol:
lòl (L417p As),
plezier:
plezeer (L417p As),
samest. ein plezeerreis
plezeer (L417p As)
|
een gevoel van vrolijkheid en blijdschap waaraan men duidelijk uiting geeft [plezier, pret, lol, schik] [N 85 (1981)] || pret, lol
III-1-4
|
| 19334 |
pretmaker |
clown:
kloon (L417p As),
fratseur:
fràtsèùr (L417p As),
grappenmaker:
gràppemééker (L417p As),
lolmaker:
lòlmééker (L417p As),
moppentapper:
móppentàpper (L417p As)
|
de persoon die altijd zorgt voor vrolijkheid en pret [pallieter, kadul] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 19335 |
prettig |
plezant:
plezànt (L417p As),
plezierig:
plezérig (L417p As)
|
pret, genoegen verschaffend of veroorzakend; aangenaam [pertig, prettig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 20462 |
preuts |
kwezelachtig:
kwēzelèchtig (L417p As)
|
preuts; overzedig, gemaakt eerbaar [preuts, prude] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
| 28890 |
priem |
priempje:
pri-jmkǝ (L417p As)
|
Een puntig werktuig van been dat wordt gebruikt voor het maken van de ronde gaatjes die nodig zijn voor nestelgaatjes of kleermakersknoopsgaten. Ook verwijdert men hiermee rijgsteken. Zie afb. 14. [N 59, 31; monogr.]
II-7
|
| 23414 |
priesterkoor |
koor:
kuur (L417p As)
|
Het achter de communiebanken gelegen, verhoogde voorste deel van de kerk, waar het hoofdaltaar en de koorbanken zich bevinden [koor, koeër, hoogkoor, priesterkoor?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
| 22862 |
prijzen (mv.) |
prijzen:
pries (L417p As),
prì.s (L417p As)
|
Prijzen (mv). [Willems (1885)] || prijzen (mv.) [RND]
III-3-2
|
| 33740 |
prikkeldraad |
pikdraad:
pekdrǭt (L417p As)
|
Twee- of driedraads gevlochten ijzerdraad van scherpe punten voorzien waarmee men een weide of een stuk grond afspant. [N M, 6b; N M, 6a; L 40, 73; JG 1b; L 32, 45 add.; Vld.; Gwn 16, 11; A 25, 4f; A 25, 8 add.; monogr.]
I-8
|
| 22356 |
priktol |
dop:
dob (L417p As),
voor de grote waar men de koord gans omdraait
dob (L417p As)
|
Drijftol. [ZND 01 (1922)] || Priktol (= werptol: door middel van een erom gewonden touw werpt men hem draaiend op de grond). [ZND 16 (1934)]
III-3-2
|