e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=As

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
reizen reizen: rèjze (As) een reis ondernemen [reizen, pelgrimmen] [N 90 (1982)] III-3-1
rek schap: sjááp (As), šāp (As) schap, kastje zonder deur [N 56 (1973)] || Soort kast van latten en planken, zonder deur, om iets in op te bergen, b.v. in de keuken (rek, schap, hang) [N 79 (1979)] III-2-1
rekening rekening: ich zal ⁄m ⁄n rèkening sjikke (As) Ik zal hem een rekening sturen. [ZND 07 (1924)] III-3-1
rekruut rekruut: rekrŭŭt (As), schacht: sjàcht (As) een soldaat die net in dienst is [rekruut, groentje, schacht] [N 90 (1982)] III-3-1
rektang oppintang: oppentaŋ (As) De tang waarmee men overhaalt. Ook gebruikte men deze tang om het leer, meteen na het weken, flink uit te rekken om er de meeste rek uit te halen. Zie afb. 38. [N 60, 83b; N 60, 96a] II-10
relikwie relikwien: relikwieen (As) De vereerde overblijfselen van heiligen of zaken die met Christus, Maria of een heilige in aanraking zijn geweest, relieken, relikwieën. [N 96A (1989)] III-3-3
remschijf tamboer: tambūr (As  [(Zwartberg / Waterschei)]   [Maurits]) De schotelvormige schijf van de remschijftransporteur die zorgt voor het afremmen van de kolen of stenen. [N 95, 662] II-5
rentenieren rentenieren: rentenēre (As) leven van de inkomsten van je goederen of kapitaal [heren, rentenieren] [N 89 (1982)] III-3-1
reparatie reparatie: repǝrāsi (As) Het repareren van schoenen. Met kan met reparatie ook bedoelen schoenen die gerepareerd moeten worden. [N 60, 231c] II-10
repareren lappen: lapǝ (As), maken: māke (As), mākǝ (As), oplappen: oplàppe (As), repareren: repǝrę̄rǝ (As), rəpàréére (As) Herstellen of repareren van schoenen. [N 60, 231b; N 60, 231c] || repareren, opknappen [oplappen, flikken, lameseren] [N 91 (1982)] II-10, III-4-4