e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Baarlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rimpels rimpels: rumpels, rumpel (Baarlo) Hoe noemt men de plooien in de huid van een mens ? Bedoelt worden vooral de plooien in het voorhoofd. Wat is hiervan het enkelvoud ? [DC 18 (1950)] III-1-1
ringen ringen: reŋǝ (Baarlo) Het varken een ring in de neus zetten om het het wroeten te beletten. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; N 70, 9; N 19, 26; N 19, 26, Q 98 add.; monogr.] I-12
ringen, randen verwijderen van peulvruchten pijzen: paeze (Baarlo), uitdoen: oetdoon (Baarlo) [N Q (1966)] [SGV (1914)] I-7
ringrijden, ringsteken ringsteken: rinkstêke (Baarlo) ringsteken [SGV (1914)] III-3-2
ringrups rups: roeps (Baarlo) ringelrups, ringrups, kleurig gestreepte rups van de vlinder die zijn eitjes in een ring om de takken van bomen ne heesters legt [N 26 (1964)] III-4-2
ringtang ringtang: ringtang (Baarlo) Tang waarmee men het varken een ring in de neus zet. [N 76, 47] I-12
rinkelen met de altaarbel bellen: belle (Baarlo), bellen (Baarlo), schellen: sjellen (Baarlo) Met deze bel rinkelen, bellen, schellen. [N 96B (1989)] III-3-3
riool goot: gø͂ͅt (Baarlo) riool [SGV (1914)] III-3-1
rit rit: rit (Baarlo) rit [SGV (1914)] III-3-1
ritnaald, larve van de kniptor ritnaald: ritnaold (Baarlo) ritnaald, koperworm, schadelijke kniptor-larve die van plantenwortels leeft [N 26 (1964)] III-4-2