e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Baarlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
schuier klederborstel: kleͅi̯ərboͅrsəl (Baarlo), (voor de kleren)  kleijerborstel (Baarlo) borstel; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || stofborstel om stof uit kleren, stoelbekleding, gordijnen, enz. te verwijderen [DC 15 (1947)] III-2-1
schuifgrendel schoude: sjaol (Baarlo), schuif: sjoe:f (Baarlo) schuifgrendel [N 07 (1961)] III-2-1
schuifje van de biechtstoel schuif: sjoef (Baarlo), schuifje: schuufke (Baarlo), sjuufke (Baarlo) Het afsluitbare traliewerk, de schuif in de biechtstoel. [N 96A (1989)] III-3-3
schuilgaan van de maan kruipt in de boog: de maon krupt in den bôg (Baarlo) baaien van de maan, in de betekenis van de maan gaat schuil in een wolk; betekenis/uitspraak [N 22 (1963)] III-4-4
schuim schuim: šūm (Baarlo) Het schuim dat zich vormde op de kokende stroop. [N 57, 27a] II-2
schuimspaan schuimlepel: sjuimlèpel (Baarlo), sjuumlaepel (Baarlo), schuimspaan: chuumspoan (Baarlo), sjuimspaon (Baarlo), šymspǭn (Baarlo) De spaan waarmee het schuim op de stroop werd weggeschept. [N 57, 27b] || schuimspaan [SGV (1914)] || schuimspaan, schuimlepel [N 20 (zj)] II-2, III-2-1
schuld zonder papieren handschuld: hanksjeult (Baarlo), losse schuld: losse sjuld (Baarlo) schuld die niet schriftelijk is vastgelegd [handschuld?] [N 21 (1963)] III-3-1
schuldig (zijn) schuldig (zijn): chuldig (Baarlo) schuldig [SGV (1914)] III-3-1
schurft schurft: churf (Baarlo), šørf (Baarlo), šørft (Baarlo) Een zeer hardnekkige, heftig jeukende huidaandoening, die kan leiden tot sterke vermagering en zelfs tot totale uitputting van de aangetaste dieren. Schurft wordt veroorzaakt door verschillende soorten mijten, voor ieder dier weer verschillend. Zie ook het lemma ''schurft'' in wbd I.3, blz. 479-481. [N 3A, 89; N 52, 13; A 48A, 26; monogr.] || schurft [SGV (1914)] I-11, III-1-2
schurk, smeerlap schavuit: chevoet (Baarlo) schavuit [SGV (1914)] III-1-4