e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Baarlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
toegang tot akker invaart: envārt (Baarlo), vaartengat: vōrtǝgat (Baarlo) [N 11, 8] I-8
toegangsweg naar het erf opvaart: ǫp˲vārt (Baarlo) Toegangsweg of oprijlaan naar het boerenerf. [N 5A, 75a; N 5, 110; N P, 2 add.; monogr.] I-8
toilet huisje: vroeger  hy(3)̄skə (Baarlo), w.c.: tegenwoordig  wēsē (Baarlo) wc, toilet [N 05A (1964)] III-2-1
tol betalen barrier (<fr.) betalen: breer betale (Baarlo) tol betalen [SGV (1914)] III-3-1
tondeldoos tondeldoos: tinteldoe‧s (Baarlo) tondeldoos, koperen huls gevuld met licht ontvlambaar materiaal (tintelton, tinteldoos) [N 20 (zj)] III-2-1
tonen tonen: tuine (Baarlo) tonen [SGV (1914)] III-1-1
toogpin toognagel: tōxnāgǝl (Baarlo) De dunne, houten pin die in de pen-en-gatverbinding wordt geslagen, om de twee delen definitief met elkaar te verbinden. Zie ook afb. 142. [N 54, 38b; N 54, 64g; A 32, 9; monogr.] II-12
toonbank toon: tuin (Baarlo) toonbank [SGV (1914)] III-3-1
toot tompen: tømp (Baarlo) Elk van de uitstekende delen van de berries (bij de hoogkar) of de bakbomen (bij de slagkar) achter aan de kar. De opgaven van de woordtypen top, stoot en stots zonder meervoudsuitgang zijn als meervoudig ge√Ønterpreteerd wegens hun velair vocalisme. Door het ontbreken van een mogelijke enkelvoudige tegenopgave, is het echter mogelijk dat het hier om enkelvoudsopgaven gaat. Met het woordtype staart wordt het geheel aangeduid, in tegenstelling tot de andere woordtypen, waarmee elk deel afzonderlijk wordt benoemd. [N 17, 28 + 37a; N G, 59a; monogr] I-13
torenhaan t hantje van dn taore?].: haan (Baarlo), wēͅrhān (Baarlo), winkwiezer (Baarlo) De haanvormige windwijzer boven op de torenspits [weerhaan, windhaan [N 96A (1989)] III-3-3