e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Baexem

Overzicht

Gevonden: 1867
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lichaamskracht macht: macht (Baexem, ... ) lichaamskracht (kracht die een zieke geleidelijk verspeelt) [macht, maacht] [N 10 (1961)] III-1-2, III-1-4
lichaamsvocht merg: merg (Baexem) lichaamsvocht (dat zich bijv. in de gewrichten bevindt) [N 10 (1961)] III-1-2
licht, steenlicht licht: lext (Baexem) De inrichting waarmee de loper in verticale richting versteld kan worden om de afstand tot de onderste steen te regelen. De taats van het staakijzer of de kleine spil rust daartoe in een taatspot. In oudere molens is deze pot bevestigd op een zware balk, de vonderbalk. Deze balk scharniert aan één zijde in de houtconstructie van de molen, aan de andere zijde wordt hij omhooggehouden met een hefboom, bestaande uit een lichtijzer en een lichtboom met daaraan een koord of ketting en een gewicht. Later werd dit type lichtwerk vooral in watermolens vervangen door een ijzeren systeem. Daarbij staat de taatspot op een ijzeren lat die door middel van een regelrad op en neer geschroefd kan worden (Janssen, pag. 88/89). Zie ook afb. 85. Blijkens de opgaven is licht in P 53 en P 56 onzijdig. [N 0,23a; A 42A, 30; Sche 58; Vds 109; Jan 139; Coe 120; Grof 142; N O, 23p; monogr.; Vld] II-3
lidmaat, ledematen lid, leden: Anders: nen erm of n bein, etc..  de leje (Baexem), lidmaat, ledematen: ledematen (Baexem) ledematen, lidmaat [N 10 (1961)] III-1-1
lied, liedje liedje: le.ṭjə (Baexem) liedje [RND] III-3-2
lies lies: lee:s (Baexem), lees (Baexem) lies, liezen [den dunne, lieze, lieses] [N 10 (1961)] III-1-1
lieveheersbeestje kevelewormpje: kèvelewörmpke (Baexem), keverswormpje: kèèverwurmpke (Baexem), onzelieveheersbijtje: oosleevehieërsbiejtje (Baexem) lieveheersbeestje [DC 49 (1974)], [N 12 (1961)], [Roukens 03 (1937)] III-4-2
ligger ligger: leqǝr (Baexem) De onderste, stilliggende molensteen. [N O, 17d; A 42A, 32; N D, 6; Sche 48; Vds 86; Jan 120; Coe 97; Grof 118; monogr.] II-3
lijfbieden, prolapsus vaginae (de) koningskop laten zien: dǝ kø̜̄neŋskop lǭtǝ zēn (Baexem) Het uitzakken van de bovenrand van de schede, die dan vooral bij liggende dieren buiten de schaamlippen te voorschijn komt als een roze bal, die meestal gauw min of meer ontstoken raakt. Een prolapsus vaginae ontstaat wanneer er een verslapping optreedt in het weefsel dat de vagina vasthoudt in het bekken. [N 3A, 97; N 52, 30a; A 48A, 44a] I-11
lijkbidder aanzegger: buurt  aanzegger (Baexem) het overlijden aanzeggen; wat is de benaming voor de persoon die dat deed? [VC 30 (1964)] III-2-2