e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beegden

Overzicht

Gevonden: 2005
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
krabben krabben: krabbe (Beegden), kratsen: kratse (Beegden), krâtse (Beegden) krabben [SGV (1914)] || krabben: schuren, krabben tegen jeuk [schobbe] [N 10 (1961)] || krabben: zijn hoofd krabben tegen jeuk [kraowe] [N 10 (1961)] III-1-2
kramer kramer: krêmer (Beegden) kramer [SGV (1914)] III-3-1
krant gazet (<fr.): Opm. bijv. hê luugtj wie ein gezèt.  gezèt (Beegden) krant [SGV (1914)] III-3-1
krassen kratsen: kratse (Beegden) krassen [SGV (1914)] III-4-4
kreeft kreeft: krêft (Beegden) kreeft [SGV (1914)] III-2-3
krekel krekel: kirkel (Beegden, ... ), krekel (Beegden) krekel [DC 07 (1939)], [SGV (1914)] III-4-2
krentenbrood krentenmik: krintemik (Beegden), stoets: stoets (Beegden) krentenbrood [SGV (1914)] III-2-3
kreunen kuimen: kume (Beegden) kreunen [SGV (1914)] III-1-4
kreupel kreupel: kreupel (Beegden) Kreupel - Kent men in uw dialect het volgende woord in dezelfde of een min of meer afwijkende vorm, zoals b.v. krepel naast kreupel. [DC 17 (1949)] III-1-2
krijgen krijgen: kriege (Beegden) krijgen [SGV (1914)] III-3-1