e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beesel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
voer voer: fōr (Beesel), vōr (Beesel) Veevoer. De samenstelling van dit voer is vevarieerd. Afval van hooi en stro, wortels van gras en graan, soorten zaad, zemelen en meel kunnen ingrediënten zijn. [N 5A II, 64a en 64b; RND 97; S 41; L 28, 45; JG 1d; monogr.] I-11
voeren azen: azen (Beesel) de jongen voeden, gezegd van vogels (azen, aanazen, ekeren) [N 83 (1981)] III-4-1
voering, voeringstof voering: vōreŋ (Beesel) Stof waarmee kledingstukken van binnen bekleed worden. [N 62, 18a; N 62, 84; A 4, 27b; L 20, 27b; Gi 1.IV, 29; MW; S 41; monogr.] II-7
voet voet: veut (Beesel), voot (Beesel) voet [SGV (1914)] || voeten [SGV (1914)] III-1-1
voet, maat van 0,28 m voet: voot (Beesel, ... ) de maat die een lengte aangeeft van 28 cm [voet] [N 91 (1982)] III-4-4
voetgebeden voetgebeden: vootgebaee (Beesel) De gebeden aan de voet van het altaar, de voetgebeden. [N 96B (1989)] III-3-3
voetjicht pootje: puuətjə (Beesel) Voetjicht: soort jicht die zich openbaart door een hevige pijn in de voet, vooral in het gewricht tussen middenvoetsbeentje en grote teen, podagra (voetje, pootje, kozijntje, voetjicht). [N 84 (1981)] III-1-2
vogel op de schutsboom vogel: voogel (Beesel) De houten vogel die afgeschoten moet worden. [N 88 (1982)] III-3-2
vogel, algemeen mus: mösch (Beesel), mössche (Beesel) vogel [SGV (1914)] || vogels [SGV (1914)] III-4-1
vogelmelk ster van bethlehem: WLD  stèr van Bethlehem (Beesel) Vogelmelk (ornithogalum umbellatum 10 tot 30 cm groot. De bladeren zijn wortelstandig, smal, plat, en wit gestreept; de bloemen bevinden zich in een schermvormige tros met afstaande steeltjes, het bloemdek is 6-bladig, van binnen wit, van buiten groen m [N 92 (1982)] III-4-3