e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beesel

Overzicht

Gevonden: 3426
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ergens buiten het hok blijven zitten blijven zitten: de dōēf blief zittə (Beesel) Hoe zegt men: het blijven zitten ergens buiten het hok? [N 93 (1983)] III-3-2
ernstig menens: meinəs (Beesel), serieus: serieus (Beesel) van ernst vervuld [serieus, menens, ernstig] [N 85 (1981)] III-1-4
esdoorn esdoorn: -  esdoorn (Beesel) gewone esdoorn [DC 69 (1994)] III-4-3
etalage etalage (<fr.): eetaalaasj (Beesel) de grote winkelruit waarachter men zijn waren uitgestald heeft [vitrine, etalage] [N 89 (1982)] III-3-1
eten (ww.) eten: aete (Beesel), ète (Beesel, ... ), éétə (Beesel) eten [DC 35 (1963)], [DC 37 (1964)], [RND] III-2-3
etter materie: meteerie (Beesel) etter [SGV (1914)] III-1-2
evangelie evangelie: evangelie (Beesel) De tweede lezing, het evangelie [t evangillie, evangjillióm?]. [N 96B (1989)] III-3-3
familie familie: gansə famīēlīē (Beesel) het geheel van bloedverwanten van dezelfde naam [familie, volk, parentatie, vriend] [N 87 (1981)] III-2-2
feest kermis?: kɛrməs (Beesel) De bijeenkomst en samenzijn ter viering van een heuglijk feit of een gedenkdag [feest, kermis, begankenis]. [N 88 (1982)] III-3-2
feestdag van een heilige patroonsfeest: patroensfeest (Beesel) De naamdag van een heilige. [N 96C (1989)] III-3-3