e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L297p plaats=Belfeld

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tortelduif tortelduif: tòrteldoef (Belfeld) tortelduif III-4-1
traag traag: troag (Belfeld) traag [SGV (1914)] III-1-4
trakteren trakteren (<lat.): trakteere (Belfeld) trakteeren [SGV (1914)] III-3-1
tranende ogen zijpogen: siepauge (Belfeld), ziebouge hubbe (Belfeld) leepogig [SGV (1914)] || oog: tranende ogen [sijp-, siep-, sijper-, seeper-, soep-, leep-, prutooge] [N 10 (1961)] III-1-1
trap trap: ⁄n schmaal trap (Belfeld) trap [een smalle ~ ] [SGV (1914)] III-2-1
trechter trechter: trechter (Belfeld) trechter [SGV (1914)] III-2-1
treiteren plagen: ploage (Belfeld), tergen: terge (Belfeld) kwellen [SGV (1914)] || sarren [SGV (1914)] III-1-4
trekharmonica monica: monica (Belfeld) harmonica [SGV (1914)] III-3-2
trekken trekken: trekke (Belfeld) trekken [SGV (1914)] III-1-2
treuzelen treuzelen: treuzele (Belfeld), troggelen: trukkele (Belfeld) treuzelen [SGV (1914)] III-1-4