e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L297p plaats=Belfeld

Overzicht

Gevonden: 1933
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
laaggelegen weidegrond broek: brōk (Belfeld) Laaggelegen, vaak natte weidegrond, die men meestal gebruikt om te hooien. Vergelijk ook lemma 1.3.3 ɛbeemdɛ.' [N 14, 52; N P, 5; JG, 1a, 1b; S 5; A 10, 4; RND 20; L 19b, 2aI; Vld.; monogr.] I-8
laagte in het landschap laagte: liǝxtǝ (Belfeld) Een laagte in het landschap in het algemeen. Vergelijk ook lemma 1.2.8 ɛlaagte in een akkerɛ.' [L 29, 30; Wi 11; A 10, 4; S 20] I-8
lam lam: lamp (Belfeld), schaap: šǭp (Belfeld) Jong van het schaap in het algemeen. Zie afbeelding 5. [N 70, 3; R 3, 36; S 20; Wi 5; Wi 12; L 20, 22c; L 6, 25; L 1a-m; JG 1a, 1b; AGV, m 3; A 2, 45; A 2, 1; A 4, 22c; Vld.; monogr.] I-12
lamp lamp: lamp (Belfeld) lamp [SGV (1914)] III-2-1
lampenpit lemmet: lēmət (Belfeld) lampepit [SGV (1914)] III-2-1
landstreek streek: schtreek (Belfeld) streek (in deze ~) [SGV (1914)] III-4-4
lange broek lange boks: lamg bóks (Belfeld) pantalon, lange broek [N 23 (1964)] III-1-3
lange smalle broekzak boksenschede: bókseschéj (Belfeld) zak, lange smalle ~ buiten op de rechter broekspijp waarin een lang mes e.d. wordt weggestoken [bokseschej] [N 23 (1964)] III-1-3
langwerpig wittebrood brood: broe’d (Belfeld) Langwerpig wittebrood (peel?) [N 16 (1962)] III-2-3
lantaarn lucht: luch (Belfeld) lantaarn [SGV (1914)] III-2-1