e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K318p plaats=Beverlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kwezel kwezel: wat ən kwezel (Beverlo), wa’n kweeəzəl (Beverlo), wa’n kwèəzəl (Beverlo) Wat een kwezel! [ZND 29 (1938)] III-3-3
kwijl zever: zie"ver (Beverlo) zever (kwijl) III-1-1
kwispelstaarten kwispelen: kwispele (Beverlo), kwispelstaarten: kwispelstette (Beverlo) kwispelstaarten [ZND 29 (1938)] III-2-1
laag grond laag: laag (Beverlo), loog (Beverlo) laag (znw.) [ZND 29 (1938)] III-4-4
laagveen moerhok: murhok (Beverlo) veen, veengrond (moer) [N 27 (1965)] III-4-4
laars (alg.) bot: bot (Beverlo, ... ), boͅt (Beverlo), -> e paar botte.  bot (Beverlo), -> e po.r botte.  boͅt (Beverlo) laars [ZND B1 (1940sq)] || laars [bot, steevel, buus, kamasj] [N 24 (1964)] || Laars, een paar laarzen (hoge laars met schoen eraan vast) [ZND 37 (1941)] III-1-3
laars tot of boven de knie cavaleriebot: cavaleriebot (Beverlo), caveleriebot (Beverlo) laars waarbij de schacht het hele onderbeen bedekt [kapleers, kapsjtievel, kamasj] [N 24 (1964)] III-1-3
lade schuif: sXuif (Beverlo), spelling Beverlo wbk.; \": naslag (stomme e)  schûîf (Beverlo), schuif van de tafel: schuif van de tafel (Beverlo), tafelschuif: toefelschuif (Beverlo), toͅfəlsXø&#x0304if (Beverlo) lade || lade van een tafel [ZND 37 (1941)], [ZND 39 (1942)] III-2-1
lage herenschoen, molière lage herenschoen: liəgə hiərəschoenə (Beverlo), liəgə hiərəsXunə (Beverlo) herenschoenen, lage ~ [N 24 (1964)] III-1-3
lage kaart(en) ijloog: Sub kaartspel : spel kaarten : 52 stuks.  ijloege (ê"loege) (Beverlo), Sub minderwaardig.  ön ê"loe"g, ijloe"g (koart?) (Beverlo) [Lagere kaarten]. || Een minderwaardige kaart. III-3-2