e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beverlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tafel tafel: tafəl (Beverlo, ... ), spelling Beverlo wbk.; \": naslag (stomme e)  taffel (Beverlo) de tafel afvagen [ZND 32 (1939)] || een schoon tafel krassen (met een spijker, enz.) [ZND 28 (1938)] || tafel III-2-1
tafelmes tafelmes: tāfəlmɛs (Beverlo) mes dat men aan tafel gebruikt [N 20 (zj)] III-2-1
tak (alg.) mei: maaj (Beverlo), stek: stèk (Beverlo) tak III-4-3
takken (coll.) kapruin: kaprön (Beverlo) takken, coll. [ZND 35 (1941)] III-4-3
takkenbos, bussel hout bussel: (voor erwtenrijzen).  bøͅsəl}* (Beverlo), mutser: møͅtsər}* (Beverlo) inventarisatie benamingen takkenbos, bussel takken en twijgen alnaargelang houtsoort of boslengte [N 27 (1965)] || takkenbos, bussel takken en twijgen [N 27 (1965)] I-7
tamme kanarie kanarie: kenoari-j (Beverlo, ... ) kanarie III-2-1
tand tand: tant (Beverlo) een tand [ZND A1 (1940sq)] III-1-1
tandpijn tandpijn: tandpijn (Beverlo), tandpê"n (Beverlo), tantpēin (Beverlo) ik heb tandpijn [ZND 34 (1940)] || kiespijn III-1-2
tandvlees tandvlees: tandvlieës (Beverlo) tandvlees [bibbletjes, bibbertjes] [N 10 (1961)] III-1-1
tante moei: moej (Beverlo), tant: tant (Beverlo, ... ) tante || tante (moei) [ZND 11 (1925)] III-2-2