24266 |
vlaamse gaai |
markolf:
merkəf (Q072p Beverst, ...
Q072p Beverst),
Frings
meͅrkəf (Q072p Beverst),
IPA, omgesp.
mɛrkəf (Q072p Beverst),
meerkolver:
IPA, omgesp.
mɛrkoͅlvər (Q072p Beverst)
|
gaai (34 blauwe veertjes in vleugel; kan veertjes opzetten; hele jaar in bossen; soms in troepjes op trek; echte schreeuwlelijk; ook tam te maken [N 09 (1961)] || vlaamse gaai [ZND 01 (1922)] || vlaamse gaai (meerkol) [ZND 34 (1940)]
III-4-1
|
21394 |
vlag |
vaan:
voën (Q072p Beverst),
voͅən (Q072p Beverst)
|
vlag [ZND 17 (1935)]
III-3-1
|
33283 |
vlas hagen |
op hagen zetten:
ǫp hǭgǝ zɛtǝ (Q072p Beverst)
|
Het op rijen zetten van vlas. In de twee Leuvense vragenlijsten is gevraagd naar het "hagen" van vlas of stenen (voor dit laatste zie aflevering II.8, lemma Hagen); wanneer is aangegeven dat de opgave op stenen betrekking heeft, is deze hier weggelaten. [L 1, a-m; L 26, 10]
I-5
|
17751 |
vlechten |
vlechten:
vlēͅxtə (Q072p Beverst)
|
vlechten [ZND A1 (1940sq)]
III-1-1
|
30183 |
vlechtlatten |
latten:
latǝ (Q072p Beverst)
|
Latten die op korte afstand van elkaar verticaal tussen de regels bevestigd worden. Door de latten worden vervolgens de twijgen gevlochten. [N 4A, 53a; N 31, 45d; Vld]
II-9
|
30184 |
vlechttwijgen |
vitsen:
fętsǝ (Q072p Beverst)
|
De twijgen die horizontaal door de vlechtlatten worden gevlochten. [N 4A, 53b; N 31, 45d; monogr.; div.]
II-9
|
24457 |
vleermuis |
vleermuis:
flèrmaus (Q072p Beverst)
|
vleermuis [ZND 08 (1925)]
III-4-2
|
25446 |
vlees conserveren |
inzouten:
ęjnzātǝ (Q072p Beverst),
zouten:
zātǝ (Q072p Beverst)
|
Meestal gebeurt dit conserveren door het vlees te zouten, te drogen of te roken, waardoor het vocht uit het vlees trekt. Moderner is de methode om het vlees in te vriezen. De respondent van L 413 vermeldt dat het vlees even wordt rondgedraaid in hete azijn. [N 28, 100; L 8, 128b; monogr.]
II-1
|
33170 |
vlees van de aardappelen |
aardappel:
[aardappel] (Q072p Beverst)
|
Het vruchtvlees, het eetbare deel van de aardappel. Voor de fonetische documentatie van het type aardappel, zie men het lemma Aardappel. [JG 1a]
I-5
|
34130 |
vleeskoe |
vleeskoe:
vleǝsku (Q072p Beverst)
|
Koe die vlezig van bouw is. [N 3A, 149]
I-11
|