31836 |
reien, vlakschaven |
gelijkschaven:
gǝlęjk šǭvǝ (Q083p Bilzen),
haaks schaven:
huǝks šǭvǝ (Q083p Bilzen),
reischaven:
rājšǭvǝ (Q083p Bilzen),
vlakschaven:
vlakšǭvǝ (Q083p Bilzen)
|
Hout vlakschaven met de reischaaf. [N 53, 93; N 53, 102; N 53, 107]
II-12
|
22078 |
reinigen (van de hokken) |
schoonmaken:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
de kotte sjaunmaoke (Q083p Bilzen)
|
Hoe zegt men: het reinigen van de hokken? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
21195 |
reis |
reis:
mergen kimt er trech van de rēs (Q083p Bilzen)
|
Morgen komt hij weer van de reis (terug). [ZND 08 (1925)]
III-3-1
|
31835 |
reischaaf |
reischaaf:
rājšǭf (Q083p Bilzen)
|
Zware, lange schaaf met dubbele beitel, waarmee reeds grof bewerkt hout zuiver glad en recht wordt geschaafd. Het schaafblok van een reischaaf is ongeveer 70 tot 80 cm lang, 7 cm breed en 7 cm hoog. Zie ook afb. 36. De reischaaf wordt door verschillende houtbewerkers gebruikt. De kuiper schaaft er bijvoorbeeld de bovenkant van de duigen van een vat mee glad. [N 53, 61; N E, 35a; N G, 35b; monogr.]
II-12
|
19388 |
rek |
rek:
ręk (Q083p Bilzen)
|
De mate waarin het leer meegeeft bij het rekken. [N 60, 96c]
II-10
|
21455 |
rekenen |
rekenen:
rekene (Q083p Bilzen, ...
Q083p Bilzen),
tellen:
telle (Q083p Bilzen)
|
rekenen [ZND 41 (1943)]
III-3-1
|
21378 |
rekening |
rekening:
ich zal hem en rēͅkeniŋ šikken (Q083p Bilzen)
|
Ik zal hem een rekening sturen. [ZND 07 (1924)]
III-3-1
|
30929 |
rekker |
elastiek:
ęlǝstik (Q083p Bilzen)
|
De elastieken reep aan beide zijden van de elastiekbottine die vooral dient om het aantrekken te vergemakkelijken. [N 60, 206d]
II-10
|
30995 |
rektang |
oppintang:
oppintang (Q083p Bilzen)
|
De tang waarmee men overhaalt. Ook gebruikte men deze tang om het leer, meteen na het weken, flink uit te rekken om er de meeste rek uit te halen. Zie afb. 38. [N 60, 83b; N 60, 96a]
II-10
|
34616 |
rem van de wagen |
frein:
frē̜ (Q083p Bilzen),
mechaniek:
mēkǝnek (Q083p Bilzen)
|
De rem komt vrijwel alleen voor bij de wagen. Er bestaan verschillende systemen. Essentieel hierbij is echter dat steeds een remblok tegen de rond de velg van het wiel bevestigde metalen band kan schuren. De informant van Q 099q vermeldt het volgende: "Vroeger werd de rem door middel van een zwengel aangedraaid. Thans wordt de rem in werking gesteld door een ijzeren hefboom. Deze ijzeren staaf heeft aan het losse uiteinde een ketting, die vastgemaakt wordt aan een haak, welke zich bevindt aan de zijkant van de karbak. Het is dus een vereenvoudiging, de zwengel is vervangen door een hefboom.". De respondent van P 48 omschrijft de wagenrem als een "blok met ketting aan as om te remmen. [N 17, 40 + 44j + 49 + 50b + 99 + add; JG 1b; JG 1c; JG 1d; JG 2c; monogr.]
I-13
|