e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bilzen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
uitglijden uitschrankelen: autschrênkelen (Bilzen), outschrankelen (Bilzen) uitglijden [ZND 24 (1937)] III-1-2
uithalen uitkappen: ǫwtkapǝ (Bilzen) Algemene benaming voor het uitkappen van de groeven van een molensteen. Zie voor meer specifieke handelingen bij het uitkappen van de groeven de lemmata ɛbreed scherpenɛ, ɛhol scherpenɛ, ɛdiep scherpenɛ enzovoorts.' [Vds 222; Jan 201; Coe 175; Grof 205] II-3
uithalen van de doorslagsteken uittrekken: owttrękǝ (Bilzen), vortdoen: vurttūn (Bilzen), vurtūn (Bilzen) Het verwijderen van de doorslagsteken. [N 59, 51b] II-7
uitkomen uitkomen: ǫu̯.tkuǫ.mǝ (Bilzen) Het boven de grond uitkomen van het gekiemde zaadkorreltje. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit S 17] I-4
uitkomen van de eieren afkomen van de jongen: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.  de joeng koëmen aof (Bilzen), hikken: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.  de eekes zin gehik (Bilzen) Hoe heet verder: uitkomen van de eieren? [N 93 (1983)], [N 93 (1983)] III-3-2
uitkruiers machinemannen: (enk)  mǝšī̄nǝman (Bilzen), uitvaarders: ǫwt˲vǭrdǝrs (Bilzen) Arbeiders die de gebakken stenen uit de steenoven naar het tasveld brachten. De in dit lemma opgenomen termen zijn zowel voor de veldoven als voor de ringoven van toepassing. [N 98, 126; N 98, 155; monogr.] II-8
uitleesten de leest deruit trekken: dǝ lę̄s trawtrękǝ (Bilzen), uittrekken: awttrękǝ (Bilzen) Het, eventueel met behulp van een leesthaak, uit de schoen trekken van de leest. [N 60, 141b] II-10
uitleggen breder maken: brędǝr mǭkǝ (Bilzen), langer maken: laŋǝr mǭkǝ (Bilzen), uitleggen: awtlęgǝ (Bilzen), uitlengen: ǫwtlęŋǝ (Bilzen), verlengen: vǝrlęŋǝ (Bilzen) Een kledingstuk langer of ruimer maken door onderaan een zoom uit te leggen. [N 59, 191; N 62, 23b; MW] II-7
uitmaken wie mag beginnen dringelen: dringele (Bilzen), drèngele (Bilzen), lengen: ver zylə ieͅs läŋə (Bilzen) het spel waarbij de winnaar(s) door het lot word(t)(en) aangewezen [loten, loteren, lotelen, loteren] [N 112 (2006)] || Hoe zeggen de kinderen, wanneer ze eerst willen zien wie mag beginnen, b.v. bij het knikkerspel? Vertaal dus en vul aan: We zullen eerst ... [ZND 26 (1937)] III-3-2
uitnodigen voor een begrafenis bidden: beien (Bilzen) uitnodigen (voor begrafenis) [ZND 32 (1939)] III-3-1